We praten vanuit de praktijk vaak over een lerende organisatie of over blijvend leren, oftewel zorgen dat je je kennis blijft bijwerken ook na je schooltijd en studie. Maar studenten, die studeren toch? Dus daarom praten we niet over de Lerende studenten. Vaak wel over ‘luie studenten’ of ‘ongemotiveerde studenten’.
Auteur: Jurriaan Gorter*
Voordat ik ging werken bij NIMA zat ik 8 jaar in het HBO-onderwijs. Ik doceerde de vakken Marketing en Sales en Ondernemerschap. Als docent werd ik ook geconfronteerd met de luie en ongemotiveerde student. In eerste instantie was ik ervan overtuigd dat de luie en ongemotiveerde student een wezen was dat in de ochtenden sjokkend naar school ging en het lokaal zag als het lokale buurthuis waar dagelijks sportnieuws werd gedeeld en waar je jezelf kon laven aan slechte koffie. Niet zelden kwam de ongemotiveerde en luie student te laat in zijn ‘buurthuis dat leek op een lokaal’ en keek beledigd mijn kant op wanneer ik het aandurfde de gezellige sfeer te verstoren. Naast koffie werden soms hele buffetten, inclusief stokbroden en salades, het buurthuis ingesleept.
Het was in de tijd dat ik besloot om meer praktijk in de klas te brengen. In mijn netwerk vond ik managers en directeuren die bereid waren hun verhaal te vertellen over ondernemerschap, visie en strategie en dat lardeerden met sprankelende voorbeelden. Eigenlijk was ik ervan overtuigd dat die luie en ongemotiveerde student juist deze dag in het buurthuis zou overslaan, maar tot mijn verbazing was die veelal als eerste aanwezig en transformeerde van luie in de actieve student. Hij (m/v) stelde veel vragen en ging vaak vol enthousiasme aan de slag met het ‘probleem’ dat de gastspreker had meegebracht. Ik had me kennelijk vergist, zo bleek: er bestaat domweg geen luie of ongemotiveerde student. Er bestaat wel lui en ongemotiveerd onderwijs. Dat klinkt stellig, maar onderwijs dat alleen bestaat uit theorie is niet uitdagend genoeg. Studenten willen – terecht – worden uitgedaagd met praktijksituaties. Waarom een uur luisteren naar een verhaal over een auto, als het veel leuker is een auto in de klas neer te zetten en die met elkaar uit elkaar te halen en in elkaar te zetten. Als het kan op een technische opleiding, waarom niet bij commerciële economie?
Meer dan eer
Toen ik afgelopen week zitting mocht nemen in de jury voor de HBO-talentenprijs, georganiseerd door de Hanzehogeschool, zag ik honderden studenten bezig met concrete uitdagingen, aangedragen door diverse organisaties als Eurest en Telfort. De managers van desbetreffende organisaties waren aanwezig om de pitch van de oplossing en de presentaties te beoordelen. Er was sprake van een felle maar gezonde competitie tussen de teams. Wat me opviel was de gedrevenheid van de studenten die zelf ook aangaven dat zo’n opdracht uit de praktijk écht bijdraagt aan een gedrevenheid die je niet krijgt bij een theoretische opdracht: ‘Waarom zou ik een theoretische opdracht uitwerken als niemand er iets mee gaat doen’ vond student Jip.
Het leverde een mooie setting op: Studenten in spanning voor de uitslag, een oerkreet van de winnaars, taferelen die ik niet eerder waarnam bij studenten. Het zat er altijd wel ín bij de studenten, maar het werd niet geactiveerd door het juiste onderwijs. De winnaars van de HBO-talentenprijs streden overigens niet alleen voor de eer, maar de prijs die we ze namens NIMA konden aanbieden (een meeloopdag op de marketingafdeling van een grote organisatie) was volgens de groep van nog grotere waarde. Praktijk is essentieel in het onderwijs. Willen we studenten leren hoe het er in de praktijk aan toegaat, dan moeten we de praktijk ook de scholen binnenbrengen. Lerende studenten bestaan! En ze vormen een perfecte combinatie met lerende organisaties.
* Jurriaan Gorter is Manager Study Members & Exams bij NIMA