We kennen allemaal het beeld wel: een groep mensen in de trein, op een bankje in het park, in een wachtkamer of in een cafe, allemaal verdiept in hun telefoon. Bijna iedereen heeft een smartphone en maakt hier constant gebruik van. De smartphone zorgt voor perfect vermaak op wachtmomenten en is daarnaast enorm handig. Wil je snel even iets weten, kopen of ben je op zoek naar een locatie? Google heeft het antwoord. Of Siri, Cortana, Watson of Echo. Wist je dat de gemiddelde persoon in de VS ongeveer 3 uur en 35 minuten per dag op z’n telefoon bezig is? In Nederland zal dit niet veel minder zijn. Een groot deel van die tijd bestaat uit snelle checks, of zogenaamde micro-moments. Daar kun je als marketeer handig gebruik van maken.
Een aantal jaar geleden introduceerde Google het begrip ‘micro-moments’. Micro-moments zijn de vele korte momenten waarop we ons richten tot een digitaal communicatiemiddel. Dit kan een telefoon zijn, maar ook een tablet, computer, smartwatch of digitale assistant. Deze momenten zijn soms maar een paar seconden lang – Hey Siri! Waar is de dichtstbijzijnde pizzeria? – maar kunnen ook langer duren. Ook het opzoeken van een locatie op Google Maps of het checken van klantbeoordelingen van de laptop die je misschien wilt aanschaffen kunnen worden gezien als micro-moments. Google onderscheidt vier typen micro-moments: Het I-want-to-know-moment, het I-want-to-go-moment, het I-want-to-do-moment en het I-want-to-buy-moment.