De optimale klantreis; wie pakt de regie?

‘Het is belangrijk om successen meetbaar te maken, zodat alle medewerkers zien en begrijpen wat er goed gaat en wat verbeterd kan worden. Zo wordt het een gedeelde verantwoordelijkheid, ook als je geen CEO bent!’

Lees meer over de NIMA Workshop: Customer Journey Mapping op 27 maart

Het inrichten en optimaliseren van de klantreis is één van de vakgebieden die in de afgelopen jaren als vanzelfsprekend richting ‘de marketing’ is gedreven. En daar is ook alle reden toe. Waar een gemiddelde marketingmanager zich tien vijftien jaar geleden nauwelijks vertoonde op afdelingen waar het ‘klantcontact’ werd ‘afgehandeld’ – meestal after sales – geldt CX tegenwoordig als een integraal onderdeel van het marketingvak. Maar wat ís een klantreis en heeft een klant zelf wel hetzelfde idee daarover als een bedrijf? Wie kan het? Kruipen in de huid van een klant, patronen herkennen en het zogenoemde ‘olifantenpad’ ontdekken. Want een reis beperkt zich niet tot de ‘touchpoints’ die je kunt meten.

CX-expert Carmen Phillips behoort al jaren tot de best beoordeelde NIMA-docenten en daar zal ongetwijfeld haar heldere stijl en kennis en jarenlange ervaring toe hebben bijgedragen, maar er is iets meer: Zelden ervaar je als marketingprofessional sterker dat het kwartje valt én je naar buiten loopt met een plan van aanpak waar je morgen mee aan de slag kunt, of je nu verantwoordelijk bent voor die hele klantreis van je bedrijf of niet. En één van die mindblowing insights is dat de verantwoordelijkheid voor een optimale klantreis waarschijnlijk niet goed is belegd. Wie gaat erover? Iederéén gaat erover. Dus niemand.

Hoewel, Carmen, dat wordt vaak gezegd. Er is niet één afdeling of discipline intern die een volledig beeld van de klant heeft en daarom werk je over kanalen en afdelingen heen, om zo tot een duidelijk beeld van de totale klantbeleving te komen. Is dit wel een marketing-ding? 

‘Marketing heeft lange tijd het voortouw genomen in customer experience, maar het betrekken van de hele organisatie – en klanten – was niet altijd mogelijk of het belang werd onderschat. Als de hele organisatie niet betrokken is bij het proces, is het resultaat een theoretisch verhaal, en een plan zonder validatie en draagvlak. Dan ontstaan er allerlei interne discussies over welke waarheid de juiste is. Iedere afdeling heeft namelijk kennis en een eigen waarheid over de beleving van ‘de klant’. Oftewel nee, het is niet alleen een marketing-ding. Marketing danwel CX-afdelingen spelen wel een sleutelrol door te hierin te faciliteren zodat er focus ontstaat. Journey mapping helpt niet alleen om de klantervaring te begrijpen, het zorgt ook voor bewustwording en teambuilding.’

Consumenten kiezen vaak voor merken die oprecht ergens voor staan en beloften consequent nakomen, zo leg je uit in de omschrijving van je Workshop. Maar dat klinkt al bijna als ‘purposemarketing’. Kan het niet gewoon ‘snel, efficiënt en grondig’, dan ben je er toch qua CX?

‘Het is eigenlijk heel erg jammer dat we purposemarketing en “greenwashing” als vergelijkbare termen zijn gaan zien. Als je terug gaat naar de basis, gaat het erom dat je duidelijk bent over wat jou onderscheidt als merk, zowel richting klanten als richting medewerkers. Dat geldt ook voor intern – de verbinding tussen het individuele doel van mensen en het doel van de organisatie is een kritische succesfactor geworden. “Snel, efficiënt en grondig” zijn niet-onderscheidende waarden. Consumenten zoeken namelijk niet alleen naar producten die hun onmiddellijke behoeften vervullen, maar naar belevingen die passen bij hun identiteit en waarden. Dat gezegd hebbend, betekent dit niet dat functionele attributen genegeerd moeten worden. Ze vormen de basis waarop een sterke klantbeleving kan worden gebouwd. Echter, om echt onderscheidend te zijn, is het voor merken heel belangrijk om verder te gaan dan de basis en zich te richten op het bouwen van betekenisvolle relaties met hun klanten door middel van hun purpose en waarden. Maar het gaat om het dóen en niet over het hébben.’ 

Jij werkt voor het uitleggen van je methode en da’s heel praktisch: Customer Journey Mapping, maar wat ís dat? Een schema van de reis die een klant maakt?

‘Customer Journey Mapping is inderdaad een methode die praktisch gericht is. Het wordt gebruikt om de ervaringen en interacties van klanten met een merk of product in kaart te brengen. Het gaat verder dan alleen een schema van de ‘reis’ die een klant maakt: het is een proces waarbij je inleeft, stapt in de schoenen van de klant, en de belangrijkste touchpoints die een klant met een merk visueel weergeeft. Het stelt je in staat om beter begrijpen welke stappen klanten nemen, welke emoties ze ervaren, welke pijnpunten ze tegenkomen en waar er kansen liggen om de ervaring te verbeteren. Het stelt je in staat om gerichte verbeteringen door te voeren in lijn met het merk. Dus ja, het is inderdaad een schema van de klantreis, maar het omvat veel meer dan alleen dat; het is een strategisch instrument om de klantbeleving te optimaliseren. Met andere woorden, het visualiseren van een journey is stap één. Daarna moet je de journey gaan managen!’

Een lastigheid aan CX, is de breedte van het begrip is dat het vaak in verband wordt gebracht met meetbare touchpoints: daar waar de klant een digitaal spoor achterlaat wordt hij of zij zorgvuldig gevolgd, maar een heel deel van de klantreis speelt zich af in een analoge werkelijkheid: het gesprek aan de bar waardoor ik uiteindelijk voor een nieuw automerk kies, of bij mijn supermarkt blijf. Hoe voorkom je dat je té belangrijk gaat vinden wat je wél kunt meten?

‘Leuke vraag! Om te voorkomen dat we alleen maar kijken naar wat we kunnen meten, moeten we breder denken en ook letten op de dingen die niet zo makkelijk in cijfers zijn uit te drukken. Niet alles wat we kunnen meten is waardevol, en niet alles wat waardevol is, is meetbaar.’

Maar welke strategie volg je om te voorkomen dat je teveel belang hecht aan alleen het meetbare?

Er zijn er meerdere: Naast kwantitatieve data is het belangrijk om kwalitatieve inzichten te verzamelen. Dat kan door middel van diepte-interviews, klantenpanels, en feedbacksessies waar klanten hun ervaringen en belevingen in hun eigen woorden kunnen delen. Daarmee krijg je inzichten in de motivaties, emoties en percepties van klanten die niet altijd uit cijfers blijken. Kwalitatieve onderzoeken kunnen context geven aan kwalitatieve onderzoeken. Daarnaast is het van groot belang om medewerkers te betrekken: Medewerkers die direct contact hebben met klanten zijn een waardevolle bron van informatie. Zij kunnen inzichten delen over klantgedragingen en -voorkeuren die niet altijd uit data blijken. Het regelmatig verzamelen van die feedback kan helpen om een vollediger beeld van de customer journey te krijgen. Ga ook holistisch aan de slag: Maak customer journeys die zowel de digitale als de analoge touchpoints omvatten, dus omnichannel. Dit helpt om een volledig beeld te krijgen van de klantreis en om inzicht te krijgen in hoe verschillende touchpoints elkaar beïnvloeden.  Focus op Emotionele Drivers: Erken dat beslissingen van mensen emotioneel en irrationeel zijn. Het onderzoeken van emotionele drivers helpt om een vollediger beeld van de klantreis te krijgen. En tenslotte belangrijk Experimenteer en Leer: Test nieuwe benaderingen om klantinzichten te verzamelen en te analyseren, en wees bereid om te leren van de resultaten. Dit kan helpen om nieuwe, minder voor de hand liggende aspecten van de klantreis te ontdekken.’

In de inleiding schreven we al dat CX de kant van marketing is opgedreven. Anderzijds lees en hoor je best veel geklaag over tekortkomingen in customer experience, ook waar het de inzet van geautomatiseerde CX betreft. Het lijkt ook niet minder te worden. Heeft marketing een probleem?

‘Haha, ik denk dat focus hier weer het sleutelwoord is. Wanneer CX-initiatieven gefragmenteerd worden aangepakt, bijvoorbeeld door te veel nadruk te leggen op digitale innovaties zonder de menselijke touch of de integratie met offline ervaringen, kunnen klanten zich onbegrepen en ondergewaardeerd voelen. Het echte probleem ligt dus in het vinden van de juiste balans en integratie tussen technologie, menselijke interactie, en de algehele merkstrategie. Dit vereist een holistische benadering van CX waarbij niet alleen marketing, maar alle afdelingen binnen een organisatie betrokken zijn. Het gaat erom dat je consistent de merkbelofte waarmaakt, zowel online als offline, en zorgt voor een naadloze, positieve ervaring voor de klant op elk punt van hun reis. In essentie heeft marketing misschien een uitdaging, maar het is een die opgelost kan worden met een meer faciliterende rol, en door een geïntegreerde, klantgerichte benadering van CX te hanteren, waarbij de hele organisatie betrokken is bij het leveren van een uitzonderlijke klantbeleving.’

Opmerkelijke bijkomstigheid is dat deze verantwoordelijkheid zo sterk óver het hele bedrijf heen ligt waar het gaat om een consistente klantbeleving, een optimale klantreis. Dat lijkt een recipe for failure want hoe begin je? Hoe krijg je het bedrijf ervan overtuigd dat het een verantwoordelijkheid is voor het héle bedrijf en één zwakke schakel het verschil kan maken tussen een tevreden en ontevreden klant? Je bent tenslotte geen CEO. 

‘Om het hele bedrijf ervan te overtuigen dat klantbeleving en klantreis ieders verantwoordelijkheid zijn, is het cruciaal om te starten met het creëren van bewustzijn over het belang ervan. Het is belangrijk om leiders te vinden die het belang van een geweldige klantbeleving zien en bereid zijn dit uit te dragen. Door successen zichtbaar te maken en te delen, kun je anderen binnen het bedrijf inspireren. Training en educatie kunnen helpen iedereen te leren hoe hun rol de klantbeleving beïnvloedt en verbetert. Het is natuurlijk belangrijk om successen meetbaar te maken, zodat alle medewerkers zien en begrijpen wat er goed gaat en wat verbeterd kan worden. Zo wordt het een gedeelde verantwoordelijkheid, ook als je geen CEO bent!’

Je bent al jaren een vaste kracht in het korte-trainingenprogramma van NIMA en behaalt ook al jaren hoge cijfers van mensen die deelnemen. Verwachtingen worden overtroffen. Wat voor soort mensen tref jij aan in je klas? Is er een soort profiel?

‘Eigenlijk wel en ook weer niet. Het zijn wel mensen die leergierig zijn en willen ontdekken hoe je een organisatie een stapje verder kunt helpen. Zij willen dus niet alleen theorie willen snappen maar die methoden in de praktijk écht toepassen – die impact willen hebben. De groepen zijn diverse, wat altijd leidt tot boeiende gesprekken. De kunst is om technieken en modellen aan te reiken en om de praktijk te linken. Vooraf doe ik altijd intakes zodat mensen vooraf weten wat ze kunnen verwachten, en hun leerdoelen en uitdagingen kunnen delen. Dat zorgt er ook voor dat mensen goed voorbereid komen naar een workshop.’

Lees meer over de NIMA Workshop: Customer Journey Mapping op 27 maart

(foto credits: Pexels Taha Al-Hayali)

Welke rol heeft marketing bij uitdagingen in deze tijd?

Een aantal weken geleden vroegen we je hulp bij een onderzoek dat wordt verricht door marketeers Bas Bisschops en Bjorn Niels naar de noodzakelijke marketingtransformaties bij de grotere organisaties.

De eerste resultaten wijzen uit dat de rol van de marketingfunctie bij dit type organisaties de afgelopen jaren in veel gevallen minder sterk is geworden. Hoe kunnen marketeers helpen om de strategische uitdagingen van grote bestaande organisaties het hoofd te bieden? Om daar een goed antwoord op te krijgen is de input van marketeers nodig. Bas en Bjorn vragen zich af hoe organisaties beter in kunnen spelen op veranderende klantbehoeften en maatschappelijke veranderingen. Hoe blijft hun merk relevant voor de klant in een veranderende wereld? En hoe organiseer je je marketingfunctie om dat te realiseren? Ze zijn benieuwd naar jouw mening over de noodzakelijke veranderingen, de uitdagingen en naar jouw voorbeelden van succesvolle marketingtransformaties

Deelname aan het onderzoek neemt maximaal 10 minuten in beslag en wanneer je deelneemt aan het onderzoek ontvang je als eerste een uitnodiging voor de NIMA webinar waarin Bas en Bjorn later dit jaar hun uitkomsten en bevindingen delen. 

Doe mee aan het onderzoek bekende merken in een veranderende wereld

Op gelul bouw je geen merken

(Gastcolumn, geschreven door Rob Revet) Bullshit. Ken je die term? Het is de laatste tijd een veelgebruikte term in de Engelstalige vakmedia. Het wordt gebruikt om het marketingkaf van het marketingkoren te scheiden. Om aan te geven wat er toe doet en wat niet. In Algemeen Beschaafd Nederlands zeggen we: gelul. En gelul is er veel in het marketingvak. Ook in Nederland. Maar we benoemen het hier eigenlijk weinig. Daardoor ga je haast denken dat het gelul waar is. Maar op gelul bouw je geen merken.

Lees meer over de NIMA Mastercourse: Brand Strategy, met Rob Revet op 12 maart

Om met de deur in huis te vallen: inhoudelijk komt ons vak te kort en gemiddeld spannen we ons te weinig in om bij te blijven. We kijken liever een uurtje koffiedik dan dat we een wetenschappelijke studie lezen. We scrollen liever door de pdf van een trendrapport dan dat we serieus vakboek lezen. Kom daar maar eens om als je als chirurg of psycholoog je brood wil verdienen. Dan mag je pas aan de slag na een lange en ingewikkelde studie en moet je vooraf aantonen je vak te beheersen. Maak je er een potje van? Dan wordt je keihard uit het vak geknikkerd met publiekelijke intrekking van je beroepsregistratie.

Hoe anders gaat dat in het marketingvak. Regelmatig lees je over een vakgenoot die geen vakopleiding heeft, die dat ook niet nodig denkt te hebben en die ook niet van plan is er een te volgen. Marketing kun je makkelijk in de praktijk leren, heet het dan, en bovendien veroudert kennis waar je bij staat tegenwoordig. Veel marketeers laten zich daardoor leiden door de waan van de dag. Door aannames en makkelijke beslisregels. Door goeroes die meer Powerpoint-slides per uur gebruiken dan de meesten van ons in een heel leven. Door gelul vaak. Vooral als het aankomt op merken en merkstrategie. Voorbeelden zijn er genoeg.

Neem de wet van Pareto. 20% procent van je beste klanten leveren 80% van de omzet. Toch? Geen kip die even opzoekt dat Vilfredo Pareto onderzoek deed naar landbezit in Italië en rond 1900 vaststelde dat ongeveer 80% van het land in bezit was van 20% van de Italianen. Huh? Geen kip ook die even zijn eigen klantenbestand tegen het licht houdt, overigens. Dan kom je er achter dat die verhouding meestal heel anders is en dat andere klanten ook best veel in het laatje brengen.

Het idee van brand love is ook zo’n hardnekkige. Merken kunnen en moeten diepgaande, emotionele banden ontwikkelen met klanten. Hoe dieper die band, hoe trouwer klanten zijn. Hoe vaker zij ons aanbevelen en onze content liken en delen. Hoe mooi kan de wereld zijn? Maar geen kip las het artikel dat aan de basis staat van deze gedachte, Consumers and Their Brands: Developing Relationship Theory in Consumer Research van Susan Fournier. Dan weet je dat het is gebaseerd op een kwalitatieve studie met drie Amerikaanse huisvrouwen. Drie. Jean, Karen en Vicki. Zoek maar op.

Nog eentje dan. De purposebeweging werd aangezwengeld door de heren Stengel en Sinek. Maar Stengel construeerde zijn eigen bewijs. Hij selecteerde vijftig succesvolle bedrijven, plakte er een purpose op en concludeerde dat purpose de basis was voor succes. Sinek deed nooit veel moeite om zijn ideeën te onderbouwen. Daar lenen YouTube en een flipover zich ook niet zo goed voor. Anderen probeerden het wel en vingen bot.

Waar het op neerkomt: we laten ons te veel leiden door gelul.

Daarom is het ook niet raar dat marketing niet altijd een plek heeft aan de directie- of bestuurstafel. Dat marketing bij elke bezuinigingsronde de klos is. Dat veel merken denken een merk te zijn, maar het eigenlijk niet zijn. Natuurlijk is er een merkregistratie, een mooie merkgids voor de directeur en een stapel merkrichtlijnen voor bureaus. Maar of kopers nu aan ons denken als ze gaan kopen? Dat merkassociaties zo sterk zijn dat we ook zonder hulp van Google worden gevonden? Veel bedrijven weten dit vaak niet eens. Merkonderzoek is duur, ingewikkeld en levert niets op. Nemen we aan.

Marketing is misschien geen raketwetenschap en er staan geen levens bij op het spel. Maar ons vak kent wel wetmatigheden en theorie die goed onderbouwd is. Kennis daarvan helpt je het gelul te herkennen en nieuwe inzichten een plek te geven. Dat vergroot je succeskansen sterk. Vooral ook omdat effectiviteitsonderzoek de laatste jaren een flinke sprong vooruit maakte. Volg daarom marketingwetenschappers op LinkedIn. Lees de blogs, artikelen en vakboeken waar zij het over hebben. Volg een training of opleiding. Prik door het gelul heen. Het gaat je veel leveren. Geen gelul.

Lees meer over de NIMA Mastercourse: Brand Strategy met Rob Revet op 12 maart

(fotocredit Pexels Ann H)

Wie was beter dan Bever?

Nomineer nu voor NIMA Marketing Company of the Year

Je weet genoeg? Direct Nomineren

Voormalig Marketeer of the Year Erik van Engelen zei ooit dat het winnen van een NIMA Marketing Company of the Year-award misschien nog wel eervoller is dan het winnen van een Gouden Effie: ‘In beginsel is een eminente marketingstrategie een belangrijkere verdienste dan sec eminente marketingcommunicatie. De Effie is een uitzonderlijk kroonjuweel, de NIMA Marketing Award is een scale up.’ En daar had hij natuurlijk een punt, want marketing is soms voor misschien wel 90 procent iets ánders dan marketingcommunicatie alleen, en voor de NIMA Marketing-prijzen wordt nadrukkelijk de héle marketing van een merk of bedrijf tegen het licht gehouden (al zullen we natuurlijk nooit iets lelijks zeggen over de Effies, want dat zijn de mooiste vakprijzen die als marcommer kunt winnen).  

In 2023 wonnen Bever, DVJ Insights en de jonge start-up WasteCraft de NIMA Marketing Company of the Year-award voor excellente marketingstrategie. Een prijs die niet alleen op de organisatie of het merk afstraalt, maar nadrukkelijk op het hele team marketing. Zij waren op dat moment de beste marketingorganisaties van Nederland. En toegegeven: daar heb je een heleboel wijsheid voor nodig, maar ook een beetje het geluk dat een herpositionering precies brengt wat je ervan hoopt. Of meer. Dat een nieuwe distributiestrategie, nieuwe saleskanalen, een productintroductie, nieuwe CX-architectuur je méér zelfs brengt dan je dacht. Dat de sterspelers uit je marketingteam niet kozen voor een ‘functie elders’ en dat die briljante stagiair ook nog eens bij je komt afstuderen. Dat het – kortom – eens lekker meezat allemaal, qua marketing.

NIMA is op zoek naar dergelijke bedrijven en daar heb jij als marketeer waarschijnlijk veel beter zicht op dan Team NIMA in z’n ivoren torentje, dus tip onze vakjury’s! Intussen hebben we enige tientallen nominaties binnen van bedrijven die volgens marketing-Nederland dé vakprijs verdienen omdat ze een bijzondere marketingprestatie hebben geleverd en omdat ze misschien nog wel beter zijn dan Bever.

De lijnen zijn nog twee weken open om je nominatie aan te dragen en je hoeft daarvoor geen uitgewerkte businesscase uit te werken. Je hoeft er niet zelf te werken, je hoeft ze niet eens te kennen. In tegendeel: We hebben een merknaam nodig en een summiere omschrijving waarom jij meent dat die specifieke company – klein of groot – even het beste was wat we qua marketingbedrijf in een jaar zagen langskomen. Laat de invulvelden waarvan je geen data hebt gewoon open, het gaat om naam en rugnummer met een idee waaróm ze je zijn opgevallen. Doe nu! Goed voor het marketingvak, want goede voorbeelden zet je op een podium.  

Direct Nomineren

(Foto Credit Pexels / Maksim Goncharenok)

Een goed verhaal hoef je niet door te duwen

‘Overtuigen is een wetenschap, maar je hoeft geen wetenschapper te zijn om overtuigend over te komen.’

Je zou gedragsbeïnvloeding met enig gevoel voor drama wel kunnen beschrijven als de heilige graal van marketing. Alle inspanningen om de markt en mensen daarin zover te krijgen om uiteindelijk producten van je te kopen is tenslotte waar de meeste marketeers op worden afgerekend en dat vereist actie. Er moet iets gebeuren.

Lees meer over de NIMA vaardigheidstraining: Overtuigingskracht 1.0 – Leer overtuigen op 6 maart

Maar dat gedrag – de ‘Action’ uit de aloude AIDA-formule – komt natuurlijk nooit uit de lucht vallen. Je zult mensen eerst moeten overtuigen dat je voor hen het beste plan, idee, product of dienst in petto hebt, te beginnen met je eigen omgeving: Je team, directie, projectteam, partner zal moeten worden overtuigd en gek genoeg sneven de beste ideeën soms al in die fase. Niet omdat het idee niet goed is, maar omdat het ‘niet lekker verpakt’ werd opgediend aan de persoon of groep die moest worden overtuigd. Dat is niet alleen jammer van het idee, maar ook van alle goeds dat ervan te verwachten viel. Zoals prettiger werken, meer omzet, een goede richting om aan vast te klampen.

Veel mensen hebben weleens last van dat ‘gebrek aan overtuigingskracht’, maar er is goed nieuws: De technieken om je boodschap kracht bij te zetten en te laten landen zijn te leren en communicatie zó inzetten dat het allemaal gaat zoals jij dat in gedachten hebt, kán. Daniëlle Meijer doceert ‘Overtuigingskracht’ en leert haar cursisten hun eigen technieken om te overtuigen onder de loep te nemen. Wat maakt dat iets succesvol is en wat zorgt ervoor dat ons plan, idee of voorstel níet uit de verf komt? Hoe overtuigen we tot nu toe? En wat zijn super-effectieve en makkelijke tips? Hoe ga je om met weerstand, hoe leer je grenzen stellen en ‘nee’ te zeggen?

Hi Daniëlle, eerst de koe bij de horens: Heeft je overtuiging naar buiten – bijvoorbeeld richting doelgroepen als marketeer – ook iets te maken met je overtuigingskracht naar je eigen omgeving? Hoe hangt dat met elkaar samen?

‘Overtuigen heeft veel te maken met het inspelen op het communicatiepallet van je gesprekspartner. Het maakt in dat opzicht niet uit of het gaat om personen “buiten” of in je eigen omgeving. De samenhang is dat je in beide situaties woorden, tekst, beeld en/of lichaamstaal gebruikt wat aansluit bij de ander. Het is wel zo dat in onze eigen omgeving – als we mensen goed kennen – het overtuigingsproces makkelijker en vaker onbewuster gaat. We kennen die persoon of situatie en kunnen de ander dan beter “raken”’

Jij verzorgt een vaardigheidstraining overtuigingskracht en doet dat al een aantal jaar. Wat voor soort mensen dat je dan aantreft in je training? Zijn dat onzekere weifelaars?

‘Hahaha wat een leuke vraag! Een gedachte die misschien bij meer mensen leeft, maar onjuist is. De deelnemers die ik aantref in de training hebben kritisch naar zichzelf gekeken en hebben, zoals dat zo mooi heet, kwaliteiten en valkuilen ontdekt. Werken aan een vaardigheid – in dit geval overtuigen – betekent niet dat je het niet kan, het geeft aan dat je er beter in wilt worden. Handiger vooral! En ja, er worden in de training ook onzekerheden gedeeld en momenten van twijfel: “moet ik nou zus, of toch beter zo?” Maar daar geven we in de training juist richting aan. Als een deelnemer weet wat hij of zij kán doen, dan bepaalt die zelf wat hij móet doen. Weg twijfel en weer een stuk zekerder en overtuigender.’

Boeiend onderdeel van je programma is dat je laat inzien waar vaste overtuigingen je in de weg kunnen zitten bij een oordeel over je eigen overtuigingskracht… Wat kan zo’n vaste overtuiging zijn? Kun je daar voorbeelden van geven?

‘Wat het meest in de weg zit is de gedachte die iemand heeft in combinatie met de ander. En die gedachte is dan in het nadeel van het “ik”. Bijvoorbeeld: de ander heeft meer kennis, en ik weet het niet alles. De ander doet dit werk al 15 jaar, heeft meer ervaring, en ik doe het pas een jaar. Mijn gesprekspartner is dominant of overtuigend, en ik geef het dan op. Het gevolg van deze voorbeelden is dat iemand zich terugtrekt. En zich vaak, ook letterlijk, kleiner maakt. Dat iemand “ja” zegt en achteraf baalt van het toegeven. Het nadeel, naast het balen, is dat we deze dynamiek door ons eigen gedrag ook zelf in stand houden. Het voordeel is dat we het dus ook zelf kunnen doorbreken!’

Kan een mens eigenlijk ook tevéél overtuigingskracht hebben? Het lijkt de beste eigenschap van een marketeer. Tenslotte moeten mensen iets gaan doen en daartoe zul je ze moeten overtuigen. Of werkt dat niet zo?

‘Ik heb altijd geleerd, waar “te” voor staat is niet goed. Behalve tevreden. Lastige vraag, want wat is “teveel”? Laat ik het zo formuleren: als je omgeving vindt dat je teveel overtuigingskracht hebt dan is dat meestal een nette manier om te zeggen dat je de zaken aan het doorduwen bent. Als je lekker bezig bent met je overtuigingsstrategie dan heeft de ánder daar ook voordeel van en loopt het dus niet zo in de gaten.’

In je training maak je gebruik van de zeven universele principes van sociale beïnvloeding door Cialdini. Die naam blijft toch maar opduiken in marketing en gedragsbeïnvloeding. Op welke wijze gebruik jij zijn denkbeelden?

‘Hahaha ja klopt, hij is wel een begrip in de wereld. Zijn principes zijn wetenschappelijk bewezen en goed om mee te werken. Ik gebruik zijn denkbeelden vooral in een vertaalslag naar de dagelijkse praktijk van de deelnemers. Want, leuk zo’n lijstje maar wat kan ik er nu zelf mee? Hoe pas ik het toe om daadwerkelijk daadkrachtiger en overtuigender te zijn?’

Mooi compliment dat Team NIMA al-tijd weer terugkrijgen van cursisten die deelnamen aan je training is dat het zo hands-on is: Je loopt naar binnen kunt iets niet, je loopt weer naar buiten en kunt iets wel. Is het echt zo makkelijk?

‘Daar kan ik kort en krachtig over zijn: ja!’

Lees meer over de NIMA vaardigheidstraining: Overtuigingskracht 1.0 – Leer overtuigen op 6 maart

Foto credits: Pexels / Ivan Samkow

Aan jezelf verkopen wat je naar buiten levert

Programma over persoonlijk leiderschap leert je vragen stellen aan je belangrijkste stakeholder en voorkomt zo ‘marketing-kortsluiting’.

Een persoonlijk kompas om je te helpen bij het vormen van je persoonlijke leven en je professionele loopbaan, want ‘als je een effectieve marketingcampagne wilt ontwikkelen, dan start je toch ook bij de uitgangspunten?’ Zo communiceert veranderstrateeg Anne Oskam over haar coaching- en ontwikkelprogramma ‘Persoonlijk en Inclusief leiderschap’. Eentje waarbij jouw eigen persoonlijke behoeftes, visie en purpose centraal staan. Je leert hoe je zo optimaal mogelijk je talenten kan inzetten en word je bewust van je valkuilen en leerdoelen, zodat je met meer focus, regie en positieve energie je leven kunt leiden op de manier zoals jij dat wilt.

Lees meer over het Ontwikkelprogramma: Persoonlijk en Inclusief Leiderschap

Een – voor NIMA-begrippen – tamelijk uitgebreid programma overigens, maar ervan uitgaand dat je behoorlijk met jezelf aan de slag gaat ook weer verrassend compact en to the point. Het coachingprogramma belooft een concreet fundament voor het bouwen van je professionele carrière. Hierdoor kun je je loopbaan beter zelf vormgeven met werk dat aansluit op je persoonlijke behoeftes, visie en purpose. Je leert hoe je zo optimaal mogelijk je talenten kan inzetten en word je bewust van je valkuilen en leerdoelen, zodat je met meer focus, regie en positieve energie je leven kunt leiden, op de manier zoals jij dat wilt.

Anne, eerst met de deur in huis, want door je ‘veranderstrateeg te noemen doen we je eigenlijk een beetje tekort – je bent vooral ook marketingstrateeg – en toch lijkt dat veranderen wel een rode draad te vormen in jouw loopbaan. Waar komt die fascinatie vandaan?

‘Op mijn eigen levensreis heb ik mijzelf meerdere keren opnieuw uitgevonden en heb ik verschillende rollen vervuld. Inmiddels ben ik ruim 25 jaar werkzaam in het bedrijfsleven. Eerst in de rol van media, communicatie- en brandmanager. Daarna als zelfstandig marketingstrateeg en interim verandermanager bij het implementeren van deze nieuwe strategieën. Ik heb aan de wieg gestaan bij het ontwikkelen en implementeren van nieuwe marketingstrategische formules binnen verschillende organisaties als Rituals, KPN, VodafoneZiggo, PON automotive, RTL Nederland, Volksbank en NovoNordisk-diabeteszorg.’

‘Op een gegeven moment ging het innerlijk wringen omdat ik meer aandacht wilde geven aan de menselijke transformaties. Wat hebben zij nodig om de transformatie zelf in gang te zetten? Dat was voor mij de reden om vanaf 2016 een koerswijziging in gang te zetten. Na diverse opleidingen op het gebied van professionele coaching – individueel en teams – ligt mijn primaire focus op het begeleiden van – soms aankomende – leidinggevenden en ondernemers bij hun leiderschapsgroei, het scherper stellen van hun doelen en het ontwikkelen van effectievere samenwerking binnen hun teams.’

Voor setting the scene wel van belang, maar je programma legt veel belang bij introspectie en persoonlijke wensen en doelen. Is het daarmee nog wel een echte opleiding voor marketingprofessionals? Doet het ertoe dat je een marketingachtergrond hebt of zou je dit ook kunnen volgen als je – bijvoorbeeld – in IT, HR of finance zou werken?

‘In principe ben ik als coach opgeleid om iedereen te kunnen begeleiden. De meeste collega-coaches hebben een HR- achtergrond. En ik heb zoveel ervaring opgedaan als ‘marketingspil’ binnen verschillende organisaties. Ik weet als geen ander wat er gevraagd wordt van marketeers en communicatiespecialisten, hoe de hazen lopen en welke dynamieken in teams en organisaties aanwezig zijn. Als verandermanager heb ik veel gewerkt met multidisciplinaire teams en verschillende organisatiestructuren en leiderschapsstijlen. Ik begrijp wat bijvoorbeeld scrum- en agile-werken van je vraagt en wat je hierin te leren hebt. Als marketeer weet ik als geen ander hoe je de inzichten kan vertalen naar een concrete aanpak en rekening te houden met diverse stakeholders. Zo probeer ik altijd de onderliggende vraag te achterhalen, de overtuigingen te vinden die groei belemmeren binnen elk context en wat er nodig is om een effectievere manier te vinden.’

‘Ik hanteer een eclectische aanpak. Dit is een mix van verschillende methodieken vanuit de psychologie zoals Transactionele Analyse, Neuro-linguïstisch Programmeren, Systemisch Werken én methodieken vanuit het bedrijfsleven waar ik eerder mee heb gewerkt en die hun effecten hebben bewezen. Denk dan aan bijvoorbeeld Stephen Covey, Verne Harnish, Lencioni, Marc van Eck, Mark Tiggelaar, Ben Tiggelaar. Dit maakt het lekker herkenbaar, pragmatisch en concreet. Mijn eigen ervaringen gebruik ik om extra kracht bij te zetten in mijn begeleiderswerk.’

‘Dit krijg ik ook vaak terug als feedback van mijn cliënten; ze vinden het fijn dat ik dezelfde taal spreek, dat ik mij goed kan verplaatsen in een dynamische en resultaatgerichte omgeving en dat ik concrete en pragmatische tools aanreik die hen echt verder helpt.’

Je wijst erop dat de burn-out cijfers ook onder marketeers schrikbarend stijgen. Er worden hoge eisen aan je gesteld op het werk. Je moet flexibel, veerkrachtig en wendbaar zijn. Persoonlijk leiderschap kan je helpen om een ‘lege batterij’ te voorkomen. Twee vragen eigenlijk: Is het ‘erger’ dan het was en waar kan dat hoge aantal aan liggen?

‘De term burn-out heeft geen afgebakende definitie. Het wordt in de praktijk vaak op dezelfde manier gebruikt als ‘overspannen’. Een burn-out ontstaat vrijwel altijd door een combinatie van meerdere factoren, waarbij stress een grote rol speelt. In het marketingvak hebben we te maken met een projectgedreven business en het kent een hoge snelheid. Tegelijkertijd wordt de marketeer uitgedaagd in het ontwikkelen van onderscheidend vermogen door de juiste vormen van inzichten, creativiteit en wordt er van je verlangd dat je meegaat op de golven van technologie en innovatie-ontwikkelingen. Dit vraagt veel van een marketeer. Als er dan nog andere factoren gaan meespelen, zoals een onveilige werksfeer, te weinig waardering voelen, een hoog plichtsbesef, veranderingen in privésituatie en belemmerende overtuigingen die ten grondslag liggen zoals “het is nooit goed genoeg “, dan ga je maar door totdat je op een gegeven moment jezelf tegen komt en wellicht zelfs uitgeblust bent.’

‘Ik kan niet bewijzen dat het cijfer van burn-out onder marketeers hoger ligt dan gemiddeld, maar het is wel een goede cocktail om een burn-out te krijgen. Zo ben ik mijzelf ook vaak genoeg tegengekomen tijdens mijn professionele levensreis.’

‘In Nederland steeg in 2022 het aantal Nederlanders met burn-outklachten met zo’n 23% naar 1.6 miljoen. Dit gaat gepaard met hoge kosten voor het bedrijfsleven. Preventie is beter dan genezen. Het goede is dat persoonlijke ontwikkeling en het welzijn van werknemers tegenwoordig steeds meer aandacht krijgen in het bedrijfsleven. Ik maak altijd een plan dat meerdere aspecten tegelijk aanpakt; lichamelijk met signaalherkenning, voeding, beweging, slaap; cognitief door belemmerende overtuigingen te leren kennen; affectief  met emoties, behoeften en waarden en spiritueel, zoals dooe het herijken van identiteit en purpose. Vervolgens bepalen we met elkaar welke gedragsverandering er nodig is voor meer eigen regie, veerkracht en een gezonde privé-werk balans.’

Je gaat echt op zoek naar persoonlijke kernkwaliteiten, valkuilen, allergieën, drijfveren, kernwaarden en de vraag waar je naartoe wil groeien. Dat lijken vragen die bedrijven zichzelf ook stellen. Kun je daaruit opmaken dat je er goed aan doet je af te vragen wat je eigen ‘missie’ is en vervolgens een werkomgeving zoeken die daarop aansluit? Of werkt het juist andersom; dat je je vereenzelvigt met het bedrijf waar je werkt?

‘In deze complexe wereld, sterk gedomineerd door kennis, efficiency, vooruitgang, commercie en technologie, staan we voor vele nieuwe uitdagingen, zoals Artificial Intelligence. Zonder dat we nog echt begrijpen welke impact dit heeft, op onszelf en onze omgeving. Dat vraagt om de nodige zelfreflectie, het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden en het beter benutten van talenten en verschillen. Als leiderschaps- en teamcoach voor mij een mooie uitdaging om individuen, teams en organisaties aan te zetten om future fit te worden.’

‘Als je jouw persoonlijke kompas scherp hebt, ben je meer bewust van wanneer het schuurt, hoe dat komt en wat je nodig hebt om daar een andere richting aan te geven die meer dienend is, voor jou en voor je omgeving. Dat helpt in het vinden van de juiste fit voor een passende rol en werkomgeving. Je leert in een eerdere fase al gerichter vragen te stellen en aan te geven wat jij nodig hebt om jouw potentiële kracht beter te benutten. Ook ben je bewuster van je ‘mindset’ en gedrag onder druk, je ‘bijsluiter’ en hoe je jouw potentiële valkuilen het beste kan voorkomen.

Reflecteren op wie je bent in de interactie met anderen is voor veel mensen de blinde vlek, zo stel je. Dat lijkt een wat boude stelling, maar jij hebt daar ongetwijfeld ervaring mee. Hoe merk je dat? Kun je zoiets aan jezelf Ontdekken, nog los van de vraag wat je eraan kunt doen?

‘Iedereen kijkt vanuit zijn eigen bril. Deze bril is gekleurd door je eigen ervaringen in het verleden, je waarden, je overtuigingen, je innerlijke drijfveren en onderliggende behoeften. Jouw bril is dan jouw waarheid. Dit heeft natuurlijk effect op hoe je denkt en handelt in de interactie met anderen. Ik heb verschillende opdrachten om de bewustwordingsgroei te vergroten en je blinde vlekken op te sporen. Meeste mensen zijn niet bewust van hun schaduwkant en inzicht hierin krijgen geeft veel inzicht’

‘Allereerst door natuurlijk feedback op te vragen vanuit je omgeving. Daarnaast kunnen reflectiemethoden je helpen met het ordenen van je gedachten, gevoelens en gedrag en welk effect dit heeft op de ander. Door te reflecteren vanuit verschillende waarneemposities ga je relativeren en ontdek je vaak een verfrissend nieuwe kijk en meer compassie voor de ander en voor jezelf.’

Tot besluit: Je programma heet nadrukkelijk Persoonlijk en Inclusief leiderschap. Dat persoonlijke aspect leg je zojuist uit, maar waarin schuilt dat inclusieve? Het is een begrip dat veelal in verband wordt gebracht met ‘omgaan met mensen die niet op je lijken’, maar jij lijkt nog een spade dieper te graven, of vergis ik me daarin?

‘Persoonlijk leiderschap gaat over jezelf leiden. Voor mij gaat Inclusief Leiderschap een stapje verder. Hiermee bedoel ik dat je bewust bent van je authentieke zelf, ook in de interactie met anderen. Je bent aantoonbaar en met volle aandacht betrokken, je bent nieuwsgierig – open-minded, je doet regelmatig aan zelfreflectie, je handelt congruent naar je waarden, je bent bewust van eigen interpretaties en vrij van oordeel, je gaat het eerlijke gesprek aan, je gelooft dat gepaste kwetsbaarheid de weg naar effectieve groei is, voor jezelf en de mensen om je heen.’

‘Alle vaardigheden kun je leren. Alleen als je de vaardigheden niet leert toe te passen vanuit je authentieke kern wordt het een trucje. Het gaat om het ontwikkelen van een leiderschapsstijl die bij jouw past.’

We maakten het grapje in de onderkop bij dit interview, maar is het waar? Ben je zelf je belangrijkste – en misschien vaakst vergeten – stakeholder?

‘De belangrijkste stakeholder ben jezelf. Inchecken bij jezelf; wat jij nodig hebt, waar je prioriteiten liggen en waar je grenzen liggen. Heel belangrijk. Want als je dat zelf niet doet, wie doet het dan wel? ‘

Lees meer over het Ontwikkelprogramma: Persoonlijk en Inclusief Leiderschap

(Visual Credits Pexels/Thirdman)

ROC Rivor breidt opleidingsaanbod uit met NIMA A Sales en NIMA A Marketing

NIMA verwelkomt ROC Rivor bij de beroepsvereniging voor professionals in marketing. Adrie Pol en Sandra Leijdens van Rivor tekenden samen met Baukje Hilarides van NIMA de overeenkomst voor een nauwe samenwerking.

ROC Rivor is de nieuwste erkende Education Partner van NIMA. Vanaf dit schooljaar 2023/24 breidt Rivor het brede opleidingsaanbod uit met de opleidingen tot de diploma’s NIMA A Sales en NIMA A Marketing. Hierbij sluit Rivor nog meer aan op de opleidingsbehoeften van zowel studenten als professionals die zich verder willen ontwikkelen. “De opleidingen tot NIMA A Sales en NIMA A Marketing zijn een waardevolle aanvulling op ons flexibele opleidingsaanbod waarin de arbeidsmarktrelevantie en Leven Lang Ontwikkelen centraal staan. Deze samenwerking past goed bij onze nauwe relatie met het bedrijfsleven”, aldus Adrie Pol, directeur Rivor Volwassenenonderwijs.

Daarnaast biedt de samenwerking met Education Days de docenten van Rivor de mogelijkheid om zich verder te scholen op het commerciële domein. Tijdens deze bijscholingssessies van NIMA worden docenten bijgepraat over de meest actuele ontwikkelingen binnen het commerciële vakgebied en hierbij worden voorbeelden uit de praktijk behandeld.

Baukje Hilarides, Manager Examens, noemt de nieuwe samenwerking met ROC Rivor “een mooie verrijking voor iedereen”. “Het is belangrijk dat studenten en volwassenen via diverse en flexibele leertrajecten de mogelijkheid krijgen om relevante kennis en kunde op te doen en daarmee relevant te blijven voor de arbeidsmarkt. En we hebben docenten nodig die over up-to-date marketingkennis beschikken, want alleen dan kunnen ze de juiste kennis en kunde overbrengen op de marketeers van de toekomst.”

Over Rivor
Rivor Volwassenenonderwijs is de academie van ROC Rivor die een leven lang ontwikkelen mogelijk maakt. Het is dé opleidingspartner voor bedrijven in Nederland en richt zich op scholing, bijscholing, omscholing en werk- en praktijkervaring. De programma’s van de academie sluiten aan op nieuwe ontwikkelingen, mogelijke vervolgstudies en de vraag vanuit de arbeidsmarkt. Er is een nauwe samenwerking met hogescholen, bedrijven, instellingen en andere partners. Met focus op onderwijs, samenwerken & onderzoek en technologie & data.

Het vak Manager Marketing wordt nergens onderwezen

Een ‘marketingmanager’ zou je kunnen omschrijven als de persoon die verantwoordelijk is voor het creëren, communiceren, leveren en uitwisselen van een aanbod dat waarde vertegenwoordigt voor klanten, afnemers, partners en voor de maatschappij. De manager marketing is niet alleen bezig met marketinginhoud, maar ook met het bouwen van zijn of haar team. Al zullen er weinig mensen bestaan die dat hangend aan de bar op de lustrumreceptie van de tennisvereniging in zoveel woorden zullen toelichten op de vraag: ‘Wat doe jij eigenlijk voor werk?’, want wat dóet een marketingmanager eigenlijk?

Lees meer over de NIMA Workshop: Het Bouwen van een Succesvol Marketingteam

Er moeten duizenden, misschien tienduizenden marketingmanagers bestaan en ze verschillen onderling – ook waar het de inhoud van hun werk betreft – enorm van elkaar. Leon Jansen die namens NIMA de workshop ‘Het Bouwen van een Succesvol Marketingteam’ verzorgt kent er in ieder geval een heleboel die op het oog nauwelijks dezelfde baan vervullen. Hoewel: Een (doorgewinterde) marketingmanager met een aantal vlieguren op de teller is vooral elke dag bezig met de vraag hoe je het maximale uit het team kunt halen. Tegelijkertijd is het vinden van de tijd om vooruit te kijken geen eenvoudige opgave, zo stelt hij. Er zijn talloze facetten om rekening mee te houden, en je tijd is een kostbaar goed.

Het opvallende is dat er tot nu toe weinig bronnen beschikbaar waren waar je terecht kon om inzicht te krijgen en je kennis bij te schaven over hoe je deze uitdagingen kunt aangaan en welke nieuwe ontwikkelingen relevant zijn. Want over de vraag hoe je een écht goede marketingprofessional wordt kun je het hebben, de vraag hoe je vervolgens leiding geeft aan marketing en vooral een marketingteam is relevanter dan ooit, maar wordt zelden beantwoord…

Want, Leon, dat is eigenlijk eigenaardig: Is er echt geen school voor marketingmanagers? Er zijn nogal wat mensen die het overkomt: Na een aantal jaar in de operatie krijg je ineens een team…. Of hoe gaat dat in ‘de marketing’?

‘Er is geen opleiding die je helpt of waar je terecht kunt om leiding te geven op het gebied van Marketing. Er zijn wel trainingen van diverse instituten die gaan over het leiding geven “an sich”, maar hoe je een goed gestroomd marketingteam opbouwt? Dat is en was er niet. Vaak zie je dat ervaren marketeers, de seniors, doorstromen naar een positie als manager van het marketingteam of naar de positie van directeur, waarbij aan verschillende marketing of online teams wordt leiding gegeven. Plots wordt van je verwacht dat jij even aangeeft waar een afdeling Marketing de komende jaren naar toe moet groeien of moet inkrimpen, welke competenties je moet ontwikkelen, hoe je team is samengesteld of – in veel gevallen – de organisatie nog vormgegeven moet worden. Het opbouwen van zo’n team vergt aanvullende kennis. Het is écht wat anders dan het goed verstaan van je vak.’

De verschillen tussen marketingmanagers zijn nogal enorm: Het maakt uit hoe groot je bedrijf is, of het B2B of B2C is, welk soort en hoeveel producten je op de markt hebt. Misschien werk je bij een dienstverlener, een bureau… hebben die mensen nog iets gemeen?

‘Wat je altijd ziet is dat marketingmanagers, ervaren of minder ervaren, een aantal drivers hebben. Vanzelfsprekend hebben ze een drive om het voor klanten én het bedrijf zo goed mogelijk te doen. Ze geven richting. Verder hebben de managers een flinke dosis resultaatgerichtheid. Zoals bij de meeste marketeers krijgen ze energie van het behalen van resultaten. Tenslotte, zijn degenen die écht de ambitie hebben om een topteam te bouwen bezig met het ontwikkelen van hun eigen mensen. Dat vinden ze ontzettend leuk, daar krijgen ze energie van. Een mooie combinatie van klanten, resultaten en medewerkers.’

Waarom heet jouw workshop eigenlijk ‘Het Bouwen van een Succesvol Marketingteam’ en niet iets als ‘Marketingmanagement voor marketingprofessionals’ ofzo?

‘Voor mij zit er dynamiek in het neerzetten van een team. Je vertrekt van punt a en over twee of drie jaar wil je met je team op punt b zijn. Je bouwt ergens naar toe. Daarbij maak je gebruik van verschillende bouwstenen. Samengevat in een 7S-model: strategy, staff & skills, shared values, science, stories, speed en scale. Je kiest zorgvuldig datgene waar je met je team behoefte aan hebt en bouwt stap-voor-stap naar een succesvol marketingteam. Succes draait om de resultaten, maar vooral ook om het vasthouden van het plezier van jezelf als manager en van je teamleden. Daarbij maken we de keuze om te gaan voor de ervaren of jonge leidinggevende. De marketingprofessional is voor mij de gedreven expert die goed is in één of meerdere onderdelen van het vak, minder op het bouwen van een team. Hoewel je natuurlijk behoorlijk professioneel kunt zijn of worden in het bouwen van succesvolle marketingteams. Of dat dan een team van 100, 50 of 5 betreft. Ieder heeft daarin zijn of haar uitdaging.’

Eind januari dit jaar werd nog gesteld dat marketing – vooral bij corporates in B2C – steeds ingewikkelder wordt omdat de specialisaties zo diep gaan dat er bijna geen ‘overall’ management meer mogelijk is: de manager heeft zelf geen idee wat haar data-analisten allemaal kunnen of weten….

‘Op zichzelf is dat heel logisch. De specialisten kun je als generalist nauwelijks bijbenen. En dat hoort zo. De rol van de generalist, vaak ook de manager, is te zorgen dat de grote lijnen kloppen. Dat de ‘dots’ met elkaar verbonden worden. Niet alleen de projecten op zichzelf, maar vooral ook de mensen. Mensen krijgen uiteindelijk dingen voor elkaar. Het is wel zaak dat de mensen – en de projecten – een zelfde route volgen. Het uitzetten van de strategie is een cruciaal onderdeel. Als je die richting niet meegeeft, mensen niet begrijpen waarom je waar naartoe gaat, dan gaan alle specialisten met hun ongelooflijke expertise zo verschillende kanten op. Met als resultaat een organisatie die nergens naartoe gaat en aan alle kanten wordt gepasseerd. Dat heeft dan uiteindelijk tot gevolg dat diezelfde experts het pand verlaten. Want wie wil er werken bij een organisatie die nergens naar toe gaat en aan alle kanten wordt ingehaald? Overigens is dit niet alleen voor corporates in B2C van toepassing. Daar heb je als manager vaak nog enige invloed op je team. Hoe ingewikkeld wordt het als je die expertise niet in huis hebt en een portfolio aan bureaus met hun expertise in een B2B-omgeving moet aansturen?’

Heeft dat ook het profiel van marketingmanagers veranderd in de jaren? Ooit was de langstzittende met de meeste jaren ervaring bijna als vanzelf ‘de manager’ maar dat lijkt steeds minder relevant. Eigenschappen als ‘mensenmens’, digital savy en ‘snel en flexibel’ lijken relevanter voor de baan….

‘Dat klopt zeker! Een goede marketeer is niet per definitie een goede leidinggevende. Leiding geven aan een team van eigenwijze professionals is écht anders dan goed zijn in je vak. Bij leiding geven komt je stijl van leiding geven naar voren als feminien of meer masculien, betekenis geven aan het werk van je team, samenstellen van teams waarin persoonlijke eigenschappen en competenties afgestemd worden. Maar ook het vast kunnen stellen waar je de komende jaren behoefte aan hebt om als team succesvol te zijn. Dat naast een portie inhoudelijke kennis, waarbij je vooral weet welke vragen je moet stellen om, zoals eerder gemeld, snapt hoe je de dots aan elkaar kunt rijgen. Maar je snapt ook hoe je mensen in beweging krijgt.’

Fascinerend onderdeel van je mastercourse is – naast dat het een echte powersessie is van een dag – dat het ingaat op ‘bouwen’ aan een team. In de praktijk tref je natuurlijk meestal een team of een klein clubje en moet je het doen met de human resources die je aangereikt krijgt.  

‘Tja, dat klopt. Er zijn zoveel verschillende scenario’s. Teams die mogen en kunnen groeien, teams die moeten krimpen. Teams die experts kunnen aantrekken of juist moeten werken met een portfolio aan bureaus. Teams die hetzelfde in omvang kunnen of moeten blijven, maar wel andere vaardigheden moeten ontwikkelen om succesvol marketing te kunnen bedrijven. Juist dan is het van belang om te kijken wat je zelf wilt ontwikkelen en wat je wilt inkopen. Of kan inkopen aan diensten. Tegelijkertijd zie ik inmiddels bij de deelnemers van de masterclass dat ze een beeld krijgen over wat er mogelijk is. Hoe groot of klein een team ook is. Het lukt ze op die manier stuk voor stuk om méér uit hun marketing team te halen.’

Je maakt gebruik van het Marketing Groei Model als leidraad. Daarmee kun je een concreet groeiplan ontwikkelen dat je koers als manager bepaalt, maar ook richting geeft aan je organisatie en je team. Enerzijds is dat natuurlijk prettig en praktisch, anderzijds schiet ieder model tekort als het net gaat over jóuw marketingpraktijk, toch?

‘Laat ik voorop stellen dat ieder model inderdaad zijn beperkingen heeft. Er zal altijd iets ontbreken. Is het niet nu, dan door de ontwikkelingen in de tijd. Máár, het voordeel van een model is dat het je houvast geeft, het geeft je structuur om te categoriseren en zaken aan te pakken. Ik heb zelf diverse teams mogen opbouwen, en de deelnemers van de masterclass zijn ook aan de slag met dit model. Het is fijn om te zien en te horen dat dit werkt. Het gaat over de mensen en de strategie. Maar ook over de toepassing en het gebruik van wetenschap als data en gedragswetenschap, de inzet van technologie als AI, marketing automation, het kunnen vertellen van de juiste verhalen – intern en extern, het verhogen van je snelheid. Het raakt alle aspecten van het bouwen van een succesvol marketingteam. Het fascinerende is dat het Marketing Groei Model te gebruiken is voor grote en kleine teams, in B2B of juist in B2C. Omdat het om vaardigheden, mensen, capabilities gaat, zie je dat dit minder gebonden is aan de specifieke marketingpraktijk. Minder gerelateerd aan de inhoud. Maar een model kan altijd beter, dus ik nodig ook iedereen uit om dit model beter te maken. De waarde ligt niet bij mij of bij het model, maar bij de community van die gedreven managers die hun marketing team willen laten excelleren.’

(Beeldcredit Pexels / RDNE Stock)

Marketeer, je reclame raakt me niet

(Gastblog door NIMA-docent Adriaan Oomen) Want je bent bezig met de verkeerde dingen. Tuurlijk, ik weet heus wel dat je heel hard werkt, dat je tig bordjes in de lucht moet houden. Dat je baas resultaten wil zien. Dat Sales leads nodig heeft (die zo goed moeten zijn, dat ze er zelf geen moeite meer hoeven te doen, maar wel hun bonus kunnen opstrijken), dat je op drie (see-think-do) of zelfs vier (bereiken-boeien-binden-behouden) borden tegelijk moet schaken en hoe fijn het is dat je met je online marketingaanpak het effect van al je inspanningen op elk moment in de funnel kunt meten!

Lees meer over de NIMA Workshop: Creatieve Concepten Beoordelen op 14 maart

Maar we weten allebei dat je er vaak geen deuk mee in een pakje boter slaat of maar een heel klein deukje. Om echt impact te realiseren, heb je geweldige reclame nodig, reclame die raakt. En helaas is dat maar zelden het geval. De meeste reclame kan zo met het afwaswater mee de gootsteen in, zoals bijvoorbeeld deze.

Nu denk je misschien ‘Ja maar, zooo slecht is onze reclame niet!’. Echt niet? Overstijgt jouw campagne een mager zesje of een klein zeventje? Ga je echt voor een 8+ of zelfs een 9? Of stranden je goede voornemens in de wurgende middelmatigheidspolitie van je organisatie omdat iedereen er een plasje over moet doen? Waardoor je ook nog eens een hoop geld door de plee spoelt die veel effectiever besteed had kunnen worden. Waar jij dan weer op wordt aangekeken. Jaja, ‘been there, done that’.

Gelukkig is er hoop en die heet creatieve reclame. Want die maakt je merk sterker en aantrekkelijker. Want als jouw propositie in de ogen van je doelgroep uitwisselbaar is met die van je concurrenten en er vrijwel niemand echt op jouw content zit te wachten, je nieuwsbrief net zo nietszeggend is als die van de andere merken in jouw categorie; het gewoon een extra drol is in de enorme stroom aan contentdiarree die jij, je collega’s en je concurrenten dagelijks voortbrengen, dan heb je die hulp in de vorm van een goede, onderscheidende, creatieve reclamecampagne heel hard nodig!

Heb je weleens getest wat er gebeurt als je het logo van je concurrent onder jouw nieuwsbrief zet? Gaat het dan wringen of kan het eigenlijk prima zo? Dan mis je onderscheidend vermogen. En hoe groot is de kans dat je doelgroep net zo makkelijk voor het aanbod van je concurrent kiest, als die net even wat extra korting geeft? Dan mist je merk voorkeur. Voelt je doelgroep zich aangesproken door jouw boodschap, door je merkbelofte? En vertaalt zich dat naar hun aankoopgedrag? Dan hoef je niet verder te lezen, want dan ben je goed bezig.

Wist je dat mensen tussen de 3.500 en 10.000 merkprikkels per dag binnenkrijgen? Het grootste deel daarvan verwerken ze – gelukkig, want anders werden ze gillend gek – onbewust; hun brein ‘swipet’ deze prikkels als het ware in een split second naar links of naar rechts. Naar links: niet relevant! Dat gebeurt met het grootste deel van deze prikkels. Naar rechts: wel relevant want ik ken het merk al of heb iets met dat merk en de prikkel die ik krijg, bevestigt, verdiept of versterkt het beeld dat het merk in mijn hoofd heeft of voegt er een extra attribuut aan toe. Slechts een paar merkprikkels (gemiddeld zo’n 75 per dag) worden door mijn onderbewustzijn naar boven gestuurd naar, inderdaad: mijn bewustzijn. Blijkbaar moet ik daar iets mee.

Goede reclame zorgt ervoor dat jouw merk bij die 75 prikkels zit. Door te raken. Dat doet het onder andere door origineel te zijn, zoals deze van KitKat. Of middels een hoge ‘likeability’, zoals deze van Heineken. Of de uiting weet je emotioneel te raken, zoals deze voor de Apple watch. En zo zijn er nog een paar belanrijke criteria, zoals bijvoorbeeld onderscheidend vermogen, relevantie (voor je doelgroep), nieuwsgierig makend en ‘on brand’.

‘Ja, allemaal mooi en aardig, zoiets durven ze bij ons nooit.’ Of: ‘Dat kan helemaal niet met onze budgetten’. Hoe vaak denk je dat Calvé Pindakaas een nieuwe commercial maakt? Echt niet elk jaar. Met een goed idee kun je juist jaren vooruit!

‘Hoe kom ik dan aan voldoende draagvlak?’ hoor ik je denken. Dat doe je door regie te nemen op zowel het briefings- als beoordelingsproces, waardoor je voor alignment zorgt bij de belangrijke beïnvloeders en beslissers in je organisatie.

De beste campagnes komen immers tot stand door een dedicated aanpak van een paar supergemotiveerde en getalenteerde mensen aan klant- en bureauzijde die er samen als ‘partners in crime’ voor zorgen dat op het scherpst van de snede de juiste keuzes worden gemaakt op inhoud en uitvoering. Jij kan dat voor elkaar krijgen door het proces naar je hand te zetten én door te starten bij de behoefte van je doelgroep (waar het in marketing immers om draait). Waardoor je betere reclame krijgt en minder geld het riool in spoelt.

Hoe krijg jij dit als Marketeer voor elkaar?

  1. Leer met behulp van de 7B’s excellente briefings te genereren waarmee je de creatieven bij je bureau prikkelt om de beste reclame ideeën voor jouw merk te bedenken.
  2. Leer te beoordelen wat effectieve reclame concepten zijn (en wat niet) met behulp van de 7 stappen voor het beoordelen van effectieve reclame ideeën. Leer de ‘big advertising ideas’ van je bureau stap voor stap te ontleden en aan je buikgevoel te koppelen.
  3. Manage het briefings- en beoordelingsproces in jouw organisatie als een pro, zodat zowel je briefing als het reclameconcept onderweg niet verwateren omdat iedereen er een plasje over wil doen. En stuur je bureau strak aan op dat waarvoor je ze inhuurt: het bedenken van geweldige ideeën, niet het realiseren van kostenbesparingen.

Lees meer over de NIMA Workshop: Creatieve Concepten Beoordelen op 14 maart

(beeldcredit Afbeelding van Drazen Zigic op Freepik)