Als het om propositie-ontwikkeling gaat, zijn we allemaal een beetje Usain Bolt. Geen marathons, maar keiharde sprints. Dat hebben we te danken aan Jake Knapp, die een paar jaar geleden de Google Ventures Sprint introduceerde in zijn boek ‘Sprint’. De designsprint kennen we ondertussen: een propositie-ontwikkelingsproces van drie tot vijf maanden, samengeperst in vijf dagen. Hoe doe je dat écht goed? Vier tips voor een goede designsprint.
Het basisidee van Knapp is simpel: je ontwikkelt in een hecht team in vijf dagen een propositie die er zo echt uitziet dat je klanten nauwelijks doorhebben dat het nog een prototype is. Dit prototype test je op de doelgroep. Vroeger was je maanden bezig om een propositie te bouwen, om dan bij het testen een klap om je oren te krijgen. Omdat het niet voldeed aan een behoefte. Nu weet je dat binnen vijf dagen.
Een propositie-ontwikkelingsproces in vijf dagen
Het sprinten is eigenlijk een normaal propositie-ontwikkelingsproces van drie tot vijf maanden, samengeperst in vijf dagen. Begin at the end, zegt Knapp. Daarmee moedigt hij iedereen aan eerst een westerndecor te bouwen. Als je in de zanderige straat staat, ziet het stadje er heel echt uit. Maar je moet niet door de saloon-deuren lopen. Dan sta je in een woestijn. Toch is het decor goed genoeg om jou twee uur lang het gevoel te geven dat alles klopt. En daar gaat het om.