De stad als mediakanaal; is Nederland klaar voor brand urbanism?

    Elke stad een Heineken-plein, Gazelle-fietspad of BMW-viaduct?

    In het razendsnel veranderende medialandschap zijn merken continu op zoek naar nieuwe manieren om op een relevante manier zichtbaar te zijn. Neem daarbij een terugtredende overheid en slinkende budgetten en de kansen voor nieuwe vormen van stadsontwikkeling zijn legio. Zou je denken tenminste. Heeft brand urbanism, waar merken helpen een stad beter te maken, de toekomst? In verschillende, vooral Angelsaksische, landen is het een beproefde methode waar enorme bedragen in omgaan. Er zijn projecten bekend waar merken 50 miljoen euro investeren.

     

    Maar in Nederland is kritiek op een van de eerste brand urbanism projecten. De nog aan te leggen fontein aan het Amsterdamse Maria Heinekenplein, betaald door – wie anders – Heineken, kan op forse kritiek rekenen. Inrichting van de openbare ruimte zou volgens critici een taak zijn van de overheid en niet overgelaten mogen worden aan commerciële bedrijven die alleen gaan voor eigen gewin.

    Is het zo zwart-wit? En kan Nederland deze trend van brand urbanism dan inderdaad beter links laten liggen?

    Wat is brand urbanism?
    Het begrip laat zich maar moeilijk vertalen. Dat komt doordat voor Engelse termen als ‘urban’, ‘urbanism’ en dergelijke geen goede Nederlandse evenknie is. ‘Stads’, ‘stedelijk’, ‘grootstedelijk’; het klinkt allemaal even kneuterig. Maar wat is het? Joop de Boer van het geweldige platform PopupCity deed uitgebreid onderzoek en kwam tot de volgende definitie:

    ‘Brand urbanism is een samenwerking tussen een stad en een merk waarin een project wordt gerealiseerd dat (gedeeltelijk) is geïnitieerd of gesteund door het merk in ruil voor zichtbaarheid. Merken betalen brand urbanism projecten uit hun marketingbudget en deze komen vaak in de plaats van andere vormen van reclame.’

    Bron en volledig artikel: Adformatie