Mark Ritson: Revenue is a lousy measure of success for most ad campaigns

This year has begun pretty much the way 2018 ended, with a spate of big advertising campaigns that have divided the marketing community. Kaepernick for Nike. Elton John for John Lewis. Not to mention a certain razor commercial/public health broadcast for you know who.

Time and again the marketing community is split, apparently down the middle, about the commercial efficacy of the campaign in question. We discuss, we debate and then agree to wait until the sales figures are announced.

READ MORE: Mark Ritson: Gillette’s new ad will trash its sales and be the year’s worst marketing move

At face value, using the future fiscal performance of a brand as the ultimate measure for whether an ad is good or not does make sense. Aren’t we here, ultimately, to increase the revenues and profits of the brands we market? What better measure could there be than sales?

While it’s true that marketing’s mission should always ultimately be to find customers, increase revenue and generate more profit, there are some significant issues with using sales as a measure for advertising success.

Lees dit artikel op Marketingweek

 

 

Zes vrijwillige aandachtstrekkers en een vuurwerkbom


Peeter Verlegh (VU) en Energize zetten in ‘Week van de Aandacht’ uiteen hoe je de effectiviteit van merkcommunicatie vergroot. Het lijkt de meest genegeerde vraag van het marketingvak, misschien omdat het een open deur lijkt: hoe zorg jij ervoor dat je marketingboodschap aandacht krijgt? Elke zoekopdracht die je intikt, elke app die je opent op je telefoon, produceert weer meer reclame. Steeds meer consumenten beginnen daar genoeg van te krijgen. Hebben de kooplieden in aandacht hun hand overspeeld? Beleven we het einde van het reclametijdperk?

Een intrigerende gedachte natuurlijk, en niet voor de eerste keer gesteld, maar het raakt ook aan een zeer essentiële vraag: hoe krijg je aandacht? Of beter: hoe verdien je échte aandacht, oprechte aandacht, aandacht die je krijgt omdat je iets te bieden hebt dat die aandacht rechtvaardigt? Vragen die de moderne marketeer hoofdbrekens oplevert want het creëren, communiceren, leveren en uitwisselen van aanbod dat waarde vertegenwoordigt kán niet zonder op z’n minst minimale aandacht. Samen met professor Peeter Verlegh van de VU Amsterdam deed Energize onderzoek naar het fenomeen aandacht. Het onderzoek leverde zes Attention Triggers op die – zo leerden de onderzoekers – bewezen effectief zijn in het creëren van verdiende aandacht. Gisteren vond in Doorn een bijeenkomst plaats waarin de uitkomsten van dat wetenschappelijke onderzoek werden gepresenteerd en we schreven mee.

Lees de volledige blogpost op  

Marketingfacts is een gezamenlijke onderneming van NIMA en BBP Media

De collectieve black-out van die ene Blokker-commercial

“Sarah Jessica Parker kostte Blokker veel klanten,” kopt de Telegraaf, opgetekend uit de mond van de CEO. Nou hoef je geen gedragswetenschapper te zijn of de gewraakte commercial met MRI-scanning op zijn effect te testen, om te begrijpen dat deze hele campagne Blokker meer kwaad dan goed heeft gedaan. Maar zo’n uitspraak van de heer Michiel Witteveen roept wel vragen op. Wat is er dan gebeurd? Hoe kan de campagne goedgekeurd zijn? Want de effectiviteit was wel degelijk te voorspellen.

Allereerst bij het reclamebureau, er even vanuit gaande dat er met een bureau gewerkt is: wat is daar gebeurd? Daar zit dan een strateeg, samen met Art en Copy. De laatste twee komen met het idee om Sarah Jessica Parker in te huren en haar te laten vertellen dat Blokker alles heeft om het leven van een van party naar relatie hoppende New Yorker compleet te maken. De strateeg sputtert nog wat tegen: “Past het wel bij Blokker?” vraagt hij. “Niet bij de oude Blokker, maar wel bij de nieuwe Blokker,” kaatst de tekstschrijver terug. Ergens op account wordt er ook niet ingegrepen, of er wordt overruled.

Deze blogpost op Marketingfacts werd geschreven door NIMA Masterclass-docent Martin de Munnik

Verslag Effies-uitreiking 2018: “De Lampen zijn geiler”

De Effies zijn een soort familiefeestje waarbij het kermen en kreunen van de verliezers minstens zo indrukwekkend is als het plezier over de winnaar. Marketing komt een eind, “maar het is geen wiskunde”, stelde schrijver van hét nieuwe marketingcommunicatie-basisboek Gert Koot onlangs. Gouden Effie-winnaar Zeeman illustreerde voor een volle zaal dat de jury het aandurfde om een complete marketingstrategie te belonen wegens aangetoond effectief. Daar konden in ieder geval de meeste bezoekers ‘van de klantzijde’ uitstekend mee leven.

Lees het verslag van Luuk Ros – NIMA over de avond en de winnaars op  

NIMA Masterclass (interview): Over marketing, bureaus en de vloek van het appartementencomplex

‘Creativity is intelligence having fun’ is misschien wel de beroemdste uitspraak van Albert Einstein die Einstein nooit heeft gedaan (maar afkomstig van een reclamebureau, BrightHouse). De populariteit van het idee dát het van Einstein afkomstig is, illustreert wel perfect dat velen de neiging hebben ‘creativiteit’ te kaderen als een belangrijk onderdeel van een ogenschijnlijk lineair denkproces. En er is een funfactor. Marketeers roepen elkaar geregeld op om gebaande paden te verlaten of buiten lijntjes te kleuren. Al dan niet met behulp van ingehuurde creativiteit. En daar komen bureaus in beeld.

Er is veel te doen over de relatie en samenwerking van creatieve bureaus met marketeers. Niet in de laatste plaats omdat er heel veel geld, tijd en energie mee gemoeid is. Je hebt veel plannen met je merk en je wilt een sterke campagne ontwikkelen met een creatief bureau. Hoe pak je het aan? Werken met bureaus lijkt makkelijk en tijdbesparend, maar levert niet altijd gewenst resultaat op. Dat begint bij het fundament: het uitspreken van verwachtingen en helder formuleren in een briefing, want dáár begint het bouwen aan een sterk merk.

Merkenbouwer en communicatie-architect Nanda Idink en groeistrateeg Bert Hagendoorn, specialist in positioneren, óók van bureaus, ontwikkelden samen een combinatie van twee nieuwe masterclasses. Centrale thematiek is de relatie tussen bureaus en marketeers, met als ultiem doel om de onderlinge samenwerking efficiënter te krijgen, maar ook beter, minder teleurstellend, écht creatiever. Meer awesomeness. De classes staan los van elkaar, maar vormen eigenlijk een soort yin en yang. ‘Haal meer uit je merk, samen met je bureau‘, richt zich tot marketeers. De Masterclass ‘Zet je bureau op scherp in de markt, en denk vooruit‘ richt zich juist tot grote en kleine bureaus. In beide gevallen wordt uitgebreid stilgestaan bij de ontwikkelingen van het moment. In deze eerste bijdrage van de tweedelige Marketingfacts-miniserie ‘bureaus en hun marketeers’, staan we stil bij die laatsten, aan de hand van Masterclass-docent Nanda Idink. Marketeers en hun bureaus dus: “Ik zie de briefing allereerst als dé essentiële stap om alle interne meningen samen te brengen – duidelijk, beknopt en niet tegenstrijdig.”

Wat is jouw persoonlijke fascinatie in die samenwerking? Waarom is het zinvol, nuttig of boeiend je specifiek op de bureau-klant-relatie te richten?

Lees dit interview met Nanda Idink op Marketingfacts 

Adblockers: wat hebben marketeers er aan?

Adblockers zijn een uitkomst voor consumenten. Tegelijkerlijk maken ze het werk van marketeers een stuk lastiger. Maar is dat wel zo erg? Het gebruik van adblockers neemt elk jaar toe. 27 procent van de Nederlanders gebruikt een adblocker zodat ze minder online advertenties te zien krijgen. Ik vind het trouwens opvallend dat op mobiele devices slechts 11 procent een adblocker gebruikt, maar dat terzijde.

Deze toename kun je als vervelend ervaren, met name als je marketeer bent. Logisch, want die adblockers maken het een stuk lastiger om jouw doelgroep te bereiken. Maar de cijfers zijn nog niet desastreus. Nog steeds krijgt 73 procent gewoon alle advertenties te zien. Als ze tenminste geen Google Chrome gebruiken. Toch kunnen we de adblocker niet negeren.

Deze toename in gebruik geeft een waardevol signaal af. Een signaal vanuit de consument. Ze zijn die irritante advertenties beu, wat een logisch gevolg is van een jarenlange overkill aan online advertenties.

Dit kunnen we niet negeren. Volgens mij is het dan ook de hoogste tijd voor nieuwe manieren van adverteren die beter aansluiten bij de belevingswereld van de doelgroep.

Lees dit artikel op  

Marketingfacts is een gezamenlijke onderneming van NIMA en BBP Media

Drukke omgeving leidt tot negatieve attitudes

Het maximaliseren van bereik wordt vaak gezien als een belangrijke voorwaarde voor de effectiviteit van reclame. Zo kan het bereik bijvoorbeeld vergroot worden door reclame te maken op drukke pleinen en kruisingen, zoals op Times Square. Studie toont echter aan dat dat het niet altijd effectief is om op dergelijke drukke plekken reclame te maken en dus de interactie te zoeken met de consument.

Lees dit artikel op 

(Marketingfacts is een gezamenlijke onderneming van NIMA en BBP Media)

Mark Ritson: This is a critical point in marketers’ relationship with data privacy

The best case study I have ever used with MBA students is the story of Levi’s suit business. It sounds too bizarre to be true, but it is all too real.

A young and extremely enthusiastic marketing manager called Steve Goldstein starts working on a new product innovation – Levi’s Tailored Classics – an off-the peg, low-priced suit that Levi’s plans to market to its existing customer base for jeans. When I used to introduce the idea of Levi’s making suits to the classroom, every MBA student would wince. And it gets worse as Goldstein works out his pricing, product design and ad campaign (a man in a suit with a horse).

Lees dit artikel op Marketingweek

Spotify is ramping up its advertising opportunities: Here’s what you need to know

Today Spotify will embark on one of the most hotly anticipated initial public offerings (IPOs) since Twitter went public in 2013 and Snapchat started selling shares back in 2017.

The Swedish streaming service has taken an unconventional approach, opting for a direct listing which circumvents the cost of an IPO by simply enabling existing shares to be traded on the New York Stock Exchange.

The chance to buy shares in Spotify is likely to prove extremely popular with investors. Globally the streaming service has amassed 71 million premium subscribers, up 46% year on year, and 157 million active users, an increase of 28% since 2016.

The average customer spends 25 hours a month streaming music on Spotify. Spanning 65 markets, Spotify’s audience has, to date, created two billion playlists from a library of more than 35 million songs.

Lees verder op Marketingweek