How to Use Online Communities for a Marketing Strategy Driven by Customer Data

In today’s hyper-connected world, shoppers are using all channels—mobile, digital, social, physical—to interact with brands throughout the purchase journey, but marketers are having trouble connecting with customers at the right time in the right channel.

Fully 50% of companies are struggling with this issue and with understanding their customers, recent research from Forrester finds. Forrester cited key challenges, including lack of information about new buyers and an inability to make use of customer data effectively.

To address those barriers, marketers can tap into the full potential of online communities to engage with users during the shopping lifecycle and ensure a seamless experience.

Online communities offer multiple ways for consumers to engage with each other and the brand with discussion boards, Q&A sessions, and other resources. However, according to Forrester, this channel is one of the last methods used to gather customer data:

Bron en volledig bericht: Marketingprofs

Marketeers: PR wordt steeds belangrijker in de marketingmix

Verwachting is dat marketing en PR naar elkaar toe zullen groeien.

Een meerderheid van marketeers is van plan om binnen nu en vijf jaar meer budget aan public relations te besteden, zowel intern als extern. Reden: volgens hen wordt pr steeds belangrijker in de marketingmix.

Dit blijkt uit een onderzoek van de Amerikaanse Association of National Advertisers (ANA), samen met USC Center for Public Relations van de Annenberg School voor communicatie en journalistiek (Los Angeles) onder 100 marketeers.

Breder inzetten
75 procent van de ondervraagden wil de uitgaven voor pr verhogen, 62 procent….

Bron en doorlezen: Marketingonline

Twintig Senior Communication Professionals zetten ‘SCP’ op de kaart

De eerste groep van twintig Senior Communication Professionals heeft gisteravond het daarbij horend certificaat ontvangen uit handen van NIMA-voorzitter Martin Huisman RM. Tijdens een feestelijke bijeenkomst werd de groep die zich tussen augustus 2016 en dit voorjaar heeft laten certificeren ontvangen op het ‘hoofdkwartier’ van NIMA, waarna een korte brainstorm volgde over de stappen die moeten leiden tot aansluiting van een groot aantal vakprofessionals die de nodige meters hebben gemaakt in het communicatievak.

Permanente Educatie
De titel Senior Communication Professional is een internationaal erkend kwaliteitskeurmerk om vakbekwame en hooggekwalificeerde communicatieprofessionals te certificeren. Om in aanmerking te komen voor de titel SCP moeten professionals beschikken over een diploma op minimaal NIMA (Communicatie) B of hbo-niveau in de richting communicatie, aangevuld met minimaal vijf jaar stevige werkervaring in het communicatievakgebied. Om de status van een gecertificeerde professional te behouden, dient een SCP werkzaam te blijven als communicatieprof en jaarlijks 30 PE- uren te realiseren. In het Permanente Educatie-programma worden activiteiten aangeboden die voldoen aan de PE-voorwaarden. NIMA mag Senior Communication Professionals certificeren sinds het daarvoor zelf in 2016 is geaccrediteerd door de European Marketing Confederation (EMC).

Commercieel
‘Communicatie en marketing zijn geen loten aan dezelfde stam, maar je zult moeten communiceren om te vermarkten. Het is de meest bekende P van de mix.’, aldus NIMA-voorman Martin Huisman. ‘Voor de reclame-industrie is het duidelijk: dát is marketing. Maar is PR dat ook? Of redactie? Contentmanagement? Het klassieke communicatievak en het marketingvak zijn niet alleen naar elkaar gegroeid maar we zien ook veel cross-overs. Dat geldt zelfs voor journalistiek en communicatie.’

‘Communicatie’ begint voor NIMA waar communicatie een commercieel doel heeft. Direct of afgeleid. Het traditionele reclamevak valt dezer dagen uiteen in media, strategie, creatie, planning, tech, enzovoort, maar het traditionele vak ‘communicatie’ – voor zover je daarvan kunt spreken – wordt juist steeds groter. Met storytelling, contentmarketing, influencing, internal branding, zo hield Huisman de eerste lichting SCP’ers voor: ‘Daarbij loopt alles door en over elkaar: journalistiek, contentmanagement, reclame, conversatiemanagement, online content. Precies wat deze tijd voor het vak zo interessant maakt. In deze blur van kreten en richtingen heeft NIMA een glasheldere missie: kennis over de commerciële functie delen, toetsen en professionals in marketing, communicatie en sales helpen en inspireren bij het ontwikkelen van hun kennis, vaardigheden en netwerk.’

‘Het gaat ons om de permanente educatie, die de welbekende stok achter de deur is, maar ook een stempel voor de seniors dat aantoont dat ze midden in hun vak staan en ‘bij’ zijn; dat is van groot belang voor werkgevers, potentiële opdrachtgevers en vakgenoten.’

De eerstvolgende bijeenkomst van de ‘verzamelde Senior Communication Professionals’ zal plaatsvinden tijdens de NIMA Marketing Day op 20 juni. De namen van de Nederlandse dragers van de SCP-titel worden door NIMA gepubliceerd in het register persoonstitels.

Marinier voor één dag met NIMA Internal Branding

‘Heren en dames. Welkom bij het Korps Mariniers. Ik ben kapitein Brouwer en wil één ding met jullie afspreken. Als ik praat, zijn jullie stil. Als je iets te vragen hebt, steek je je hand op. Begrepen?’

fotocredits: defensie.nl

Zo startte woensdag 15 februari jl. de ontmoeting tussen de NIMA Internal Branding community en het Korps Mariniers op het hoofdkwartier in Den Helder. Vorig jaar werd het defensieonderdeel tot eigen verrassing genomineerd voor de Internal Branding Company of the Year en eindigde in de top 3 van ‘merkwaardige’ voorbeelden. Dat er iets te leren valt in Den Helder, werd deze week aan den lijve ondervonden door 42 moedige marketeers en communicatieexperts die niet terugdeinzen voor een uitdagend programma. Opvallend: onder het bezoek bevond zich een aantal oud-mariniers die de kans op hereniging voor één dag graag aangrepen.

Een andere wereld
Het Korps Mariniers vierde vorig jaar zijn 350-jarig bestaan. Een club met een rijke historie en cultuur. Wanneer de poorten richting Marine jachthaven en Marineclub zich achter je sluiten, waan je je in een totaal andere wereld. Een organisatiecultuur die met geen andere te vergelijken is, omdat er tenslotte ook werk gedaan moet worden dat met geen normale job te vergelijken is. Op de grens van land en water, dient het Korps Mariniers onze veiligheid en vrede onder extreme omstandigheden. Qua Patet Orbis: zo wijd de wereld strekt.

Van baret tot tattoo
Medewerkers en oudgedienden zijn trots op de diep donkerblauwe baret met  ‘bloedvlek’ die zij na hun opleiding in ontvangst mogen nemen. Zo trots, dat op menig gespierd mannenlijf met naald en inkt een blijvende herinnering getekend is. De heren herkennen zich unaniem in de waarden die zij meekregen van hun opleider en werkgever. En toch staan deze Korpswaarden nog niet zo heel lang op papier. Omdat er behoefte was aan een eenduidig verhaal voor álle mariniers, nam luitenant-kolonel Schellens het project ‘Korpswaarden’ onder zijn hoede.

Verbondenheid, kracht, toewijding
Het zal niemand verbazen dat ook dat proces met een militaire precisie werd aangepakt. Vanuit visie en strategie werd gekeken welke vereisten er aan gedrag gesteld moeten worden binnen de gelederen. Interne én externe input, wetenschappelijk onderzoek en analyses maakten deel uit van de voorbereiding. Daarna werd de dialoog gestart vanuit meerdere disciplines; een dwarsdoorsnede van de organisatie. ‘Wat is nu precies een marinier en waar staat hij voor?’ Primair doel van deze exercitie: de interne verbinding bepalen en vastleggen. Schellens: “Door bottom up te onderzoeken welke innerlijke drijfveren het verschil maken, werden ‘verbondenheid, kracht en toewijding’ de drie pijlers waarop houding, gedrag en communicatie zijn terug te voeren. In alles wat wij doen en zeggen, toetsen we of het in lijn is met onze Korpswaarden. Tot op het allerhoogste niveau. Want daar begint de commitment en het uitdragen van onze identiteit.”

Spierballentaal
De opleiding van het Korps Mariniers is een serieuze aangelegenheid. Waar het bedrijfsleven in het meest gunstige geval volstaat met een introductiedag en een inwerkprogramma van een paar weken, worden de jongens hier 24 weken lang onder handen genomen. En dat gaat er niet zachtzinnig aan toe. Om dat te ervaren lopen de aanwezige marketeers onder aanvoering van sergeant-majoor De Haan in groene overalls in looppas over het oefenterrein. Aangekomen bij het tentenkamp vraagt hij om een opstelling in 2 rijen. “Twee even lange rijen alstublieft, met even veel mannen als vrouwen, strak achter elkaar en binnen 40 seconden graag!” De groep krioelt nerveus door elkaar, op zoek naar een plek, om zich heen kijkend, tellend, schuivend. Sergeant-majoor De Haan sissend tot majoor De Jong: “Wat een kippenhok, ze nemen er de tijd voor. Ongelooflijk dit.”

Eenmaal in het gelid, vervolgt De Haan zijn verhaal: “Van de VeVa lichting tot de spijkerbroeken* moet het allegaartje dat instroomt een hecht team worden. Ondanks de strenge selectie aan de poort, valt alsnog de helft af. Zie je die tenten hier? Daar slapen de jongens. Op een stretcher. Maar op zijn tijd ook een nachtje buiten, onder een zeiltje. En zie je die kachels? Daarmee kun je de boel verwarmen. Als er peut is tenminste. En die is er niet, dus leren ze meteen met teleurstellingen omgaan. In het begin is een grote bende daar binnen. Moeten ze opstaan. Staat de één al aangekleed buiten, terwijl de ander nog binnen is en voor het eerst in zijn leven een scheermes uitprobeert. Ja, je hoort het goed. Er zitten klonten bij die zich nog nooit geschoren hebben, moeten ze hier allemaal nog leren.”

* De VeVa staat voor Veiligheid en Vakmanschap en is een MBO-opleiding van Defensie die je laat kennismaken met de Marine, Landmacht en Luchtmacht. Een ‘spijkerbroek’ is een burger die instroomt binnen Defensie.

Amfibische operatie
Even later wordt de groep marketeers getrakteerd op een staaltje stoere activiteiten. Met de Landing Craft Rubber (LCR) wordt een capsize drill geoefend. Voor de ongetrainde kantoorklerken was de kennismaking met een watertemperatuur van +2 graden Celsius een adembenemende belevenis. Goed om te zien trouwens, hoe professioneel en serieus de mariniers met de veiligheid van ieder omgaan. Tot vier keer toe worden de CO2 patronen van het reddingsvest geactiveerd en helpen mariniers de omgeslagen bemanning weer aan boord. Voor wie er na het behalen van zijn ‘natte pak’ nog trek in had, was er een ambitieus klimparcours. Zo weet de burger tenminste ook hoe het is om jezelf, stijf van de kou en zwaar van het water, in de netten omhoog te hijsen naar de reling van het schip.

Het team is alles
De zware fysieke en mentale beproevingen die de rekruten moeten doorstaan hebben maar één doel. Een hecht team worden dat elkaar in elke omstandigheid blijft steunen en zo de kans maximaliseren om als groep te overleven. Want zo extreem als de werkwijze van het Korps Mariniers voor de burger misschien lijkt, zo extreem zijn ook de situaties waarnaar zij uitgezonden zullen worden. Zij moeten op het allerergste voorbereid zijn.

Vijf insights die meegaan in de plunjezak
Na afloop van een NIMA Internal Branding bedrijfsuitwisseling gaan de aanwezigen met de nodige insights naar huis. Het merkverhaal van luitenant-kolonel Schellens vertelde de processtappen die zij doorliepen om tot de huidige merkidentiteit en het logo met de 3 Korpswaarden te komen. De uitdaging blijft om die waarden gedurende langere tijd vast te houden én om ze te vertalen naar een aansprekende externe belofte.

Tijdens het afsluitende ‘officiersbuffet’ in de Marineclub bracht luitenant-kolonel Loos een zeer open dialoog op gang over het merk Korps Mariniers in relatie tot werving van nieuwe mariniers. Daar ontstond een mooie uitwisseling van ervaringen tussen defensie en bedrijfsleven. De volgende vijf insights nemen de marketeers én de mariniers mee naar huis:

  1. Internal Branding stuurt aan op een sterke cultuur. Sommige organisaties hebben dat altijd al gehad. Ze leven hun merkwaarden van binnen uit, vaak zonder dat ze het zelf in de gaten hebben. Het Korps Mariniers is daar het levende bewijs van.
  2. Medewerkertrots is een perfecte basis om je kernwaarden op te bouwen. Het raakt direct aan de intrinsieke motivatie van je mensen. Weet je niet waar je medewerkers trots op zijn? Vraag het ze zelf! Zo heeft het Korps Mariniers zijn Korpswaarden ook op tafel gekregen.
  3. Wees helder en direct in je communicatie. Een militaire organisatie is niet te vergelijken met het bedrijfsleven, qua problematiek of qua samenstelling van het medewerkersbestand. Toch zijn er interessante elementen in hun leiderschaps- en communicatiestijl. Vooraf aangeven hoe lang je bezig mag zijn met een opdracht is er één van. Hoe veel tijd geef jij jouw team om met een plan van aanpak voor de volgende opdracht te komen?
  4. De kernwaarden van je organisatie helpen je om je merk intern te bevestigen en versterken. Voor de buitenwacht heb je echter ook een ‘why’ nodig. Een boodschap die aanspreekt bij je doelgroep en die logisch aansluit op de waarden die intern gedragen worden. Het Korps Mariniers kan nog een slag maken door zijn reason why onder een kritische consumentenloep te leggen en te zorgen dat deze gevoeld wordt bij de huidige en nieuwe generatie mariniers.
  5. Het Korps Mariniers bestaat uit zo’n 2.500 medewerkers. Stuk voor stuk bevlogen ambassadeurs. Het loont de moeite om te onderzoeken hoe zij de boodschap van het keurkorps over de bühne kunnen brengen. In hun (online) netwerken zit zeer waarschijnlijk een bovengemiddeld aandeel aan potentiële nieuwe medewerkers.

Persoonlijk nawoord
Afgelopen woensdag heb ik kennisgemaakt met bevlogen mannen, heren moet ik zeggen, die zich met hart en ziel inzetten voor het algemeen landsbelang. Zij hebben ons ondergedompeld in hun wereld, door hun verhalen met ons te delen en ons te laten ervaren hoe je teams vormt.

Na de capsize drill op het droge, droegen we nog lacherig en vol ongeloof onze rubberboten de zee in. Maar vanaf de tewaterlating begon de spanning onderweg aardig op te lopen. Waar de één er nog steeds van overtuigd was dat het allemaal één grote grap was, begon de ander zich al in te dekken: ‘ik ga dat water dus echt niet in, hè.’

Na een half uur roeien, volgde een zware tussenstop. De boot moest 100 meter verderop afgeleverd worden terwijl we tot ons kruis in de modder wegzakten. Daar vandaan in looppas naar een opdracht en weer terug, de boot via dezelfde helse route terug de zee in dragen. Op naar de haven, waar het capsize drill dilemma in alle ernst op ons wachtte. Twee boten voor ons waren al gekapseisd, twee mensen hadden hun reddingsvest getrokken. Kapseizen mocht niet meer van sergeant-majoor De Haan, want te riskant, maar een overboord situatie simuleren nog wel. Dan zit je met zeven man op de rand van je boot. Kijkt elkaar aan. Nerveus. Lacherig. Stil.

Met mijn hand strijk ik door het ijskoude water. ‘Ja, ik ga’, besluit ik. ‘Ga jij?’ vraag ik links en rechts naast me. Er wordt nog steeds getwijfeld. ‘Als we het nu niet doen, wanneer dan wel? En één van ons blijft in de boot, die trekt ons er wel uit.’ Tot het allerlaatste moment blijven de voors en tegens gewikt en gewogen. Dan geeft sergeant-majoor De Haan het teken. Geen tijd meer om te denken. Ons ‘baasje’ telt af. De spanning is van de gezichten af te lezen. Het is nu of nooit. Bij drie laten we ons allemaal naar achteren, in het donkere, snijdend koude water vallen. Waar je de adem benomen wordt, je spieren vrijwel direct verstijven en je gedachten schreeuwen: ‘zo snel als je kunt terug die boot in!’

Ik wil het Korps Mariniers bedanken voor de unieke ontmoeting die zij mogelijk maakten. U heeft van mij in één dag een wannabe marinier gemaakt. Aangezien dat een gepasseerd station is, opteer ik voor een ambassadeursfunctie. Beste leden van het Korps Mariniers: een diepe buiging voor u allen.

Dit blog is onderdeel van een serie over Internal Branding. Eerder verscheen ook ‘8 tips van een generaal voor het vinden van je merkidentiteit’ 

Vraag naar communicatieprofessionals en marketeers stijgt spectaculair

Het aantal vacatures voor communicatieprofessionals en marketeers is in het laatste kwartaal van 2016 gestegen naar 28.900. Dat is een stijging van 23% ten opzichte van een jaar terug. In alle regio’s is in meer of mindere mate groei te zien. Dat blijkt uit de analyse ‘Trends en ontwikkelingen over het vierde kwartaal van 2016’ van Yacht.

Specialisten en managers

Met name leidinggevenden en managers…

Bron en volledig bericht: Communicatie

‘De meest onderschatte kwaliteit in het communicatievak is nadenken’


(Door Jos Govaart – SCP) Wat vind jij de beste campagne aller tijden? En waarom vind je juist deze campagne zo briljant? Komt dat door de briljante executie? Door het lumineuze idee? Of is het toch iets anders? Bijvoorbeeld hét inzicht dat zo ontzettend goed bij de campagne paste. Zo eenvoudig en helder dat je het zelf had kúnnen en vooral wíllen verzinnen.

Het is uiteraard een samenspel van al die ingrediënten. Maar als ik echt moet kiezen dan gaat het mij om het slim gevonden inzicht. Een creatief idee verzinnen kan op basis van een briljante ingeving. Onder de douche, in het verkeer, op de wc, in een gesprek, je kent het allemaal wel. Dat er in de executie noeste arbeid geleverd wordt, is voor iedereen zonneklaar. Het is van alle fases de meest zichtbare. Maar het échte, onzichtbare ploeterwerk…

lees verder: Communicatie

Stop die ellendige discussies over meten en focus op wat er echt toe doet

Flat vector illustration of web analytics information and development website statistic - vector illustration

Goede communicatieafdelingen vergroten de (positieve) impact van organisaties. En laten dat ook zien; accountability moet. Helaas ligt de nadruk in de praktijk te vaak op meten, en dat is zonde.

Tijd en middelen zijn schaars en de spotlights van social media kunnen ieder moment op jouw organisatie gericht zijn. Dan moet de inzet en opbrengst van investeringen in communicatie wel helder zijn. Maar toch… het concept ‘accountability’ heeft een groot probleem. Allereerst weten te weinig mensen wat het betekent. En ten tweede, in de praktijk vinden maar weinig mensen accountability echt interessant.

Waarom? Omdat het veel te vaak over meten gaat. Over staaf- of taartdiagrammen, percentages, meetmomenten, meetinstrumenten, meetcriteria, et cetera. Dodelijk. Ellendige discussies over ‘meten’ kunnen dan ook maar beter meteen de kop in worden gedrukt. Ze zuigen energie en leiden de aandacht af.

Robert Phillips

In een belangrijk artikel van Robert Phillips kwam ik de volgende uitspraak tegen: ‘We measure everything except what counts.’ Intrigerend. Ik denk dat er een kern van waarheid in zit. Wordt inderdaad niet te vaak gezocht naar de spreekwoordelijke sleutels onder de lantaarnpaal, alleen omdat daar het licht is? Worden niet te vaak de dingen gemeten die gemeten kunnen worden in plaats van die zaken die er strategisch en maatschappelijk toe doen?

Bron en volledig bericht: Communicatieonline

Interview: Senior Communication Professional Frank Wertwijn

frankwertwijn-kimverspuifotografie


Hij is oprichter van reclamebureau Living the Brand; een creatief communicatiebureau, opgericht in 2001. LTB ziet het als zijn missie om organisaties en merken te begeleiden in veranderingsprocessen, waarbij het de ontwikkeling van ‘mens en merk’ centraal stelt. Frank Wertwijn en zijn bureau hebben veel ervaring in de non-profit sector en zakelijke dienstverlening en zij geloven sterk in interne merkbeleving.

Door: Luuk Ros SCP* Fotografie: Kim Verspui**

Dit jaar besloot Frank zijn persoonlijke kennis en ervaring te laten valideren, of misschien beter ‘waarderen’, door Senior Communication Professional te worden; een relatief nieuwe persoonsgebonden titel die wordt toegekend op basis van een aantal transparante eisen, opgesteld door de European Marketing Confederation, en in Nederland beoordeeld door NIMA. We spraken hem over zijn fascinatie voor marketing en communicatie, de overeenkomsten en de verschillen en de grote waaróm-vraag: ‘Waarom wordt je Senior Communication Professional’?

Truth or dare: ben jij communicatie- of marketingprof? Waar ligt je hart écht?
NIMA heeft me net tot SCP benoemd, dus laat ik het bij communicatie houden. Al vind ik het vrij lastig om de grenzen te bepalen. Ik vind het een uitdaging om een goed verhaal aan de juiste mensen te vertellen… of nee: met de juiste mensen te delen, in het kader van verbinding. Is dat dan marketing of communicatie? Ik voel me thuis bij het maken van creatieve concepten, daar zit marketing én communicatie in, al wordt dat wel eens onderschat.

De SCP-titel aanvragen en krijgen is één, maar je gaat ook een stevig permanente-educatieprogramma in. Waarom doe je jezelf dat aan?
Ik ben niet iemand die zichzelf enorm profileert, maar ik ben wel continu met mijn vak bezig. En dat verplicht tot deelname aan discussies en themadagen. Heel eerlijk gezegd moet ik me nog verder verdiepen in het PE-programma, maar ik zag wel al een volle agenda voorbijkomen, waar het niet beperkt blijft tot een uurtje einde dag. Ik ga daar uiteraard serieus mee aan de slag, anders had ik die titel niet moeten aanvaarden. Alleen nog even kijken hoe ik dat hier op kantoor ga introduceren…

Je zou kunnen overwegen te publiceren… Met een stevige column, blogpost of presentattie op een event sprokkel je ook punten bij elkaar…
En gelijk heb je, een sprokkelblog! Ik ga dat inderdaad meer doen, maar blijft staan dat ik mezelf verplicht om het serieus op te pakken.

Je loopt al even mee in het vak. Wat vond je de mooiste mega- of metaontwikkeling of verandering in de afgelopen jaren?
Je ontkomt er niet aan om social media en de digitale informatiestroom te benoemen. Daardoor en daarbij is het begrip “verbinding” inmiddels magisch geworden; dat vraagt om stroomlijning van die overload aan berichten die mensen te verwerken krijgen.
Dat gaat verder dan de techniek. Het vereist doordachte plannen en concepten. Ik merk dat merken dat steeds sterker gaan onderkennen. Dat ze zich de vraag stellen: “waarom doen wij wat we doen en wie maak ik nou gelukkiger met mijn berichten?” Echt verbinden met supporters houdt in dat je juist de beperking in informatie zoekt. Eén-op-één betekent niet dat er altijd wel één is, maar dat je het liefst alleen die ene je verhaal vertelt, terwijl het zo verleidelijk is om met een klein beetje hagel te schieten. Marketing moet zulke supporters vinden, communicatie moet met ze praten. Welkom in de wolk!
Het is mooi dat consumenten steeds meer invloed krijgen op het gedrag van merken, maar het maakt het er niet makkelijker op. Wel interessanter. Je moet met je boodschap echt boven het maaiveld uit durven steken. Anders blijf je bodembedekker. Dat groeit ook wel door natuurlijk, maar een echt beeld krijgt het publiek niet van je.

Bestaan er echt wezenlijke verschillen tussen marketeers en communicatiespecialisten die een goede samenwerking in de weg staan?
Nee, dat denk ik juist niet, maar de overlap tussen de specialismen is natuurlijk steeds groter geworden. Een marketeer weet heel goed hoe je bepaalde zaken moet communiceren en een communicatiespecialist snapt wat marketing inhoudt. De uitdaging is om geen ruis op de lijn te krijgen, dat beide disciplines echt volledig op een lijn zitten en ook blijven terugkoppelen. We werken allemaal een stuk projectmatiger, ook al omdat digitale mogelijkheden nieuwe specialisten voortbrengt, ik kan me best voorstellen dat een marketeer daar weleens onrustig van wordt, terwijl communicatie zich daarbij juist als een vis in het water voelt.

Story telling, content marketing, scrum en agile, Wat vindt jij écht een relevante ontwikkeling? Waar geloof jij heilig in?
In ieder geval leven we in een wereld van nieuwe woorden. We zijn meesters in kretelogie, dat zal geen bestaand woord zijn, maar we geven graag andere omschrijvingen aan bestaande zaken. Natuurlijk ontwikkelen we steeds verder en dat moet ook zo zijn, maar kreten gaan al snel een eigen leven leiden. Je kunt al die begrippen ook niet los zien. Je kunt storytelling niet los zien van content. Ik geloof in de interne kracht van het merk, in de mentaliteit, vanuit het hart communiceren. Dan moet je alleen wel weten waar je hart daadwerkelijk ligt en wat het inhoudt. Je moet werken aan je cultuur, dat gaat verder dan een strategie. Daar is nog zoveel te winnen.

Na een vliegende start bij ‘een merk’ zit je al jaren aan de bureaukant. Kriebelt dat nooit? Zou je niet liever vast voor een groot bedrijf werken?
Natuurlijk kriebelt dat wel eens, maar ik krijg er nog geen jeuk van. Ik kijk nu in de keuken, proef mee en probeer te helpen iets lekkers te maken. Maar ook ik heb momenten dat ik denk, voor die en die zou ik graag het totaalplaatje invullen. We werken veel voor goede doelen, ik vind die materie razend interessant, daar zijn ook nog zoveel mogelijkheden. Iedereen heeft problemen om donateurs te werven en vast te houden, dat is natuurlijk een tijdsbeeld, maar je moet je afvragen op welk niveau je mensen informeert en wanneer je irriteert. De traditionele, trouwe donateur die periodiek doneert behoort helaas tot een uitstervend ras. Je kunt je erbij neerleggen dat andere generaties op ad hoc basis kleinere bedragen geven, of je gaat met z’n allen aan de slag om nieuwe programma’s te maken zodat je die vastigheid weer terugwint.

Dat voelt niet ongemakkelijk? Zo hard aan het werven slaan ten koste – misschien – van andere goede doelen?

Waarom ongemakkelijk? Werven is geen vies woord, je doet het met de beste bedoelingen en waarom oude principes overboord gooien terwijl je ze prima kunt combineren met nieuwe? Samenwerking moet ook niet ten koste gaan van anderen, je moet er uiteindelijk allemaal beter van worden en elkaar aanvullen. Goede doelen krijgen forse bedragen van loterijen, blijkbaar vinden mensen het geen probleem te geven zolang er iets tegenover staat en misschien werkt zo’n indirecte methode ook wel beter als je een platform van goede doelen neerzet, die samen optrekken en jaarlijks het resultaat verdelen. Dat hoeft helemaal niet te betekenen dat je daardoor je identiteit verliest, want je hebt meer dan genoeg om met je achterban te delen.

Meer samenwerken dus?
Ik weet natuurlijk niet hoe de diverse organisaties bezig zijn, uiteraard zijn ze continu aan het ontwikkelen, maar ik heb nog wel vaak het gevoel dat ze individueel en niet collectief denken. Er zijn best combinaties te maken van fondsen die qua onderwerp dicht bij elkaar liggen. Waarom zou een klein fonds niet mee kunnen liften met een groter fonds en gezamenlijk op onderwerp langs de deuren kunnen gaan? Dan krijgen die kleinere fondsen meer kansen, de grotere leveren niks in en hun gezamenlijke doel, aandacht voor een onderwerp, wordt steviger uitgedragen.

Vanuit het wo en hbo komt er al jaren een enorme golf communicatie-afgestudeerden de markt op. Is dat volgens jou nou juist wel of niet goed voor de functie en het vak?
Een golf klinkt negatief. Nieuwe gedachten zijn altijd goed. Talentvolle mensen hebben altijd iets toe te voegen, zolang ze maar de ruimte krijgen om hun eigen creativiteit te benutten en niet die van anderen moeten invullen. Wat wél een probleem is, is dat er steeds minder tijd is om ze goed te begeleiden. Ze komen daardoor al snel in het prestatieproces terecht.
*Luuk Ros is Manager Content & Business bij NIMA

**Kim Verspui is fotograaf