Hoe Tikkie en Ikea briljant de Peak-End Rule toepassen

Schreeuwende kinderen achter je. Sjokkende bejaarden voor je. En het enige dat je wil is zo snel mogelijk boekenkast Billy in je auto gooien (en erachter komen dat het toch nét niet past). Net als je denkt dat het je gelukt is om je een weg te banen door het Doolhof der Slimme Opbergoplossingen, doemen daar de huizenhoge stellingen van het magazijn op. Tijd om Billy uit zijn Zweedse asiel te verlossen en je voor te nemen hier nooit meer naar binnen te gaan.

En tóch sta je met een glimlach bij de auto en wil je stiekem volgend weekend weer naar Ikea. Hoe dat kan? Mede dankzij het zogenaamde peak-end effect: van de lol bij het uitproberen van alle ‘woonkamers’ tot de beroemde hotdog van 50 eurocent aan het einde.

Lees dit artikel op 

 

Marketingfacts is een gezamenlijke onderneming van NIMA en BBP Media

 

(NIMA Top Marketing Tour) Hema’s Ferry Buitenhuis: ‘Act like a brand, not a retailer’

Het is vrijdag einde ochtend wanneer ik een pand aan de NDSM-werf in Amsterdam buiten stap. Spontaan krijg ik zin in rookworst, terwijl ik eigenlijk nog vol zit van mijn ontbijt. En ondanks dat ik niets te vieren heb, voel ik me verplicht om met een doos tompoezen huiswaarts te keren. Je raadt het al, ik heb zojuist een afspraak gehad op de Support Office van Hema. Ik sprak er met Ferry Buitenhuis, marketingcampaign-manager bij Hema. De bevlogenheid waarmee hij ruim een uur vertelde over het 93-jarige oer-Hollandse merk, blijkt besmettelijk: ‘Ik dacht, als er nu nog één merk is waarvoor ik wil werken, is het Hema wel!’

Door Kevin Loos*

Vanaf zijn twaalfde wist hij het zeker, Buitenhuis wilde de reclame in. Via omzwervingen bij grote reclamebureaus kwam hij in 2005 als managementtrainee bij Ahold terecht. ‘Ik wilde in die fase van mijn carrière meer naar voren in het marketingproces, aan de knoppen van een merk zitten. Daarnaast ben ik altijd getriggerd geweest door grote merken. Het is dan relevant om op de winkelvloer te beginnen, daar waar je als marketeer op zoek gaat naar bewijsvoering in alles wat je doet. Van plaats, prijs, klant, product tot het eindpunt: service. Erg leerzaam als startende marketeer.’

Marketingbril
Tien jaar lang verbreedde Buitenhuis zijn kennis en expertise als productinnovatie-manager en campagnemanager bij Albert Heijn en later als projectleider formule-ontwikkeling bij Gall&Gall. ‘In die laatste periode ben ik veel bezig geweest met de consumer decision tree. Hoe helpen we de klant makkelijk te kiezen? En hoe lopen klanten door de winkel? Altijd bekeken door een marketingbril. In 2015 kwam na tien jaar Ahold de kans om aan de slag te gaan bij Hema. Ik dacht, als er nu nog één merk is waarvoor ik wil werken, is het Hema wel!’, vertelt Buitenhuis. En zo geschiedde.

Momenteel is Buitenhuis campagnemanager voor Hema, waar hij met zijn team verantwoordelijk is voor de communicatiecampagnes. In deze rol werkt hij nauw samen met andere teams binnen het bedrijf. Buitenhuis licht toe: ‘Communicatie is feitelijk het constant de wereld in gooien van beloftes. Het bewijs zit in de producten, de winkels, het personeel, et cetera, en daarom is het cruciaal om multidisciplinair te werken. Ik draai in mijn hoofd steeds een wieltje af, dat ik helemaal rondga voordat een campagne kan slagen. Aan dat wieltje hangen marketing, format – winkel & ecommerce, merchandise – product, logistiek – beschikbaarheid en winkelorganisatie.’

One stop shopping
Hij vervolgt: ‘Elke discipline moet een 10 scoren, anders snapt de klant het verhaal niet. Als je multidisciplinair aan tafel zit, kun je – zonder elkaar af te branden – de vinger op de zere plek leggen. Als het product totaal niet matcht met de campagnebelofte, hebben we een probleem.’ Al sinds de oprichting van de Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij Amsterdam in 1926 is de merkessentie ‘goede producten met lage eenheidsprijzen voor iedereen’. De combinatie design, goede prijs en kwaliteit is al jaren dé heilige driepoot, met daar tegenwoordig ‘sustainable’ aan toegevoegd, waarmee Hema zich onderscheidt.

Buitenhuis: ‘De grote kracht van Hema is volgens veel van onze klanten one stop shopping. Wij hebben alles. Bij Hema kun je terecht voor gordijnen, theedoeken, vitamines, et cetera. Hetzelfde geldt voor periodes waar we flink campagne op voeren. Zo kopen onze klanten in één winkelbezoek kleding, eten en cadeaus voor Sinterklaas of Kerst. Al loert het gevaar dat we daadwerkelijk een winkel-van-alles worden. De artikelen die bij ons in de winkel liggen moeten relevant zijn voor de klant, voorkeuze is belangrijk.’

Telegraaf
De campagne waar Buitenhuis het meest trots op is, is de paascampagne met de familie Paashaas. ‘Deze campagne vergde veel productiebudget, en was bedoelt om veel free publicity – earned communicatio – los te krijgen.” Buitenhuis legt uit wat er in de eerste uren na de lancering gebeurde: ‘Dit was zo’n campagne waarbij je passagier van de campagne bent, je zit niet zelf aan het stuur. We wisten, hoopten dat het zou worden opgepakt, alleen nog niet welke richting het uit zou gaan. Dat was heel spannend, maar de eerste 24 uur deden we niets: ‘popcorn time’, afwachten. Vanaf de eerste dag na de lancering werd duidelijk waar het heen ging en zijn we gaan ‘spinnen’ via onze socialmedia-kanalen en pers die we te woord stonden. In dezelfde week bleef de aandacht komen doordat de Telegraaf er over schreef. Kortom, het werd een succes, Hema was Top of mind voor Pasen met een budget dat een stuk lager is dan de bekende supermarktketens. Als marketeer kun je dit niet zomaar met elk merk doen. We spelen met onze merkkracht. Daarom is het zo’n feestje om voor Hema te werken. Hoewel het ook zijn keerzijde kan hebben. We liggen altijd onder een vergrootglas. Vaak positief, maar soms ook negatief.’

Daarbij doelt hij op de maatschappelijke discussies in Nederland waar Hema regelmatig onderdeel van is. Zo was Hema de eerste retailer die duidelijk koos voor veegpiet. Want, zo werd geredeneerd, Hema is voor iedereen. Buitenhuis staat volledig achter die beslissing: ‘We zijn een progressief merk. Dat zie je ook in de manier waarop wij de gaypride omarmen. In andere delen van Europa is het ondenkbaar dat een merk op deze manier stelling neemt. Daar ben ik trots op. Al moeten al onze uitingen wel in balans blijven. We blijven tenslotte een winkel.’

Door de geschiedenis, campagnes en gedurfde statements van Hema blijft het bedrijf ook onder jong talent aantrekkelijk als werkgever. Aan jonge collega’s geeft Buitenhuis dan ook altijd twee tips mee uit zijn eigen loopbaan. ‘Verbreed je als marketeer. Specialiseren kan je later in je loopbaan ook nog. Zorg dat je over meerdere gebieden mee kunt praten. En zoek altijd de samenwerking met andere afdelingen. Een goede campagne is pas volledig geslaagd wanneer alle verschillende disciplines die tien scoren.’

Wil jij een kijkje in de marketingkeuken bij Hema, en samen met Ferry Buitenhuis en andere young professionals meedenken over een uitdaging van het bedrijf? Schrijf je dan nu in voor de NIMA Top Marketing Tour op donderdag 7 maart 2019.


* Kevin Loos is Head of Accounts Esports bij 2Basics en bestuurslid van NIMA Young Profs

Peter Hoitinga SMP: ‘Generaal John de Mol speelt een sterk spel Catan’

John de Mol wil concurreren met Facebook en Google. Volgens de biografieën en karakterschetsen van De Mol is hij een fanatieke speler van spelletjes. Een van zijn favoriete bordspellen schijnt Catan te zijn. Hoeveel overwinningspunten heeft hij nodig voordat hij het grote ‘Ik hou van Holland’-mediaspel heeft gewonnen en een serieuze vuist maakt richting de Amerikaanse techreuzen? En hoe groot is het speelbord van John de Mol? De wereld van Talpa is natuurlijk groter dan Nederland, maar de meeste in het oog springende activiteiten vinden recent plaats in de Nederlandse mediamarkt. Hij is duidelijk op een missieom zijn positie op de Nederlandse (en wellicht daarna de buitenlandse) markt te versterken. Schaal is immers het enige antwoord om de Amerikaanse media-molochen Google, Apple, Amazon en Facebook tegenstand te bieden. Schaal in de vorm van bereik.

Lees deze blogpost op 

 

Marketingfacts is een gezamenlijke onderneming van NIMA en BBP Media

‘Retail in crisis: waar is die blauwe oceaan gebleven?’

De oplossing voor hyper-concurrentie in een krimpende markt? Die ligt niet zomaar voor het grijpen. Waar iedereen het echter over eens is: veel huidige strategieën kunnen op de schop en dienen geïnnoveerd te worden. Binnenkort verzorg ik een NIMA Masterclass voor retailmarketeers en ga daar dieper in op retailstrategie en businessmodel-innovatie. Marketingfacts vroeg me een tip van de sluier te lichten. In dit artikel neem ik het begrip waarde-innovatie onder de loep.

Door Peter Desmyttere*

Ontbijt op zaterdagmorgen in een Amsterdams hotel. ‘Weer oog voor prijs, kwaliteit en design’ kopt een artikel in De Telegraaf over Hema, naar aanleiding van de blijde intrede van Marcel Boekhoorn als nieuwe eigenaar. Goed nieuws voor Hema dus. Maar wie de media wat volgt, ziet een trieste evolutie in de retailsector. Kleine en middelgrote retailers gooien de handdoek in de ring, de balansen van winkelketens kleuren bloedrood, investeringsfondsen willen van hun retail-participaties af, retailers trekken zich uit regio’s of landen terug… Er is blijkbaar geen sprekender voorbeeld van een rode oceaan dan de huidige retailsector.

Even terug naar het Hema-artikel. De stelling ‘Lion (de vorige eigenaar, een Brits investeringsfonds) heeft het ondernemerschap uit Hema gepompt’, vertaal ik als marketeer naar: ‘Hema is onderweg zijn meerwaarde voor klanten kwijtgeraakt en moet dringend op zoek naar een onderscheidend verhaal waarmee het terug klanten kan binden’. Met een ondernemer aan het roer en de juiste marketingvisie komt het wel goed met Hema.

Toen de zon nog scheen in retailland predikte elke CEO in de media het mantra van groei, groei, groei. Dit werd nog versterkt door de intrede van investeerdersgroepen. Nu de sector in zwaar weer zit, komen CEO’s in media uitleggen waarom klanten niet meer voor hun retailmerk kiezen. Het is de schuld van e-commerce, van de opwarming van de aarde (té warme zomer) of van grotere concurrenten als Amazon of Zalando die oneerlijke praktijken toepassen. De groei zet zich niet door en de klanten blijven massaal weg. Het inferno van de retail-CEO.

De oplossing schuilt in waarde-innovatie. Dat vertel ik elke retailer die zwalpend over zee naar oplossingen zoekt. Eerst waarde creëren voor klanten, dan groeien. Zonder het eerste, strandt vroeg of laat het schip.

Terug naar de basis: waarde creëren voor klanten

“Marketing moet ervoor zorgen dat een klant voor jou kiest en niet voor je concurrent”, oreerde mijn toenmalige marketingprof tot vervelens toe. Geef toe: het statement staat dertig jaar later nog steeds als een huis en heeft menige marketinghype overwonnen. Door een strategische-marketingbril bekeken bieden retailers vandaag té weinig meerwaarde om klanten duurzaam aan zich te binden.

Marketing to the rescue dus, door een antwoord te bieden op de vraag ‘Hoe kunnen we een duurzaam concurrentievoordeel opbouwen waarbij we klantwaarde centraal stellen?’. In mijn masterclass gebruik ik hiervoor graag het strategisch waarde-innovatiemodel ‘De Blauwe Oceaan‘ van W. Chan Kim en Renée Mauborgne. Enige jaren geleden door de marketingsector omarmd, gehyped en snel weer in de kast gestopt. Op naar de volgende marketinghype. Het model is echter weer brandend actueel omdat het focust op technieken waarmee een onderneming zich kan onderscheiden van zijn concurrenten. Een interessante insteek voor de retailsector die kampt met overaanbod en een meedogenloos gevecht om klanten en marktaandeel.

Hoe pas je het Blauwe Oceaan-model toe op de retailsector?

De basis voor een Blue Ocean strategy is het definiëren van klantwaarden die binnen een sector belangrijk of relevant zijn voor de koper. Voor retail zijn dit bijvoorbeeld winkelplezier, bereikbaarheid, design, prijs, assortiment, merken, vriendelijk onthaal, snelheid van levering, iconische producten… De lijst is bijzonder lang.

In een volgende stap ga je keuzes maken. Voor elke klantwaarde bepaal je of je die elimineert uit je strategie, reduceert (minder aandacht aan schenkt) of op een hoger niveau dan de sectorstandaard legt. Tot slot ga je nadenken over klantwaarden die de sector niet aanbiedt waarbij je aan waarde-innovatie gaat doen. Die laatste is een belangrijke factor binnen een dergelijke strategische oefening. Het dwingt immers om over het muurtje van de sector te kijken. De consequentie van de stelling uit het Telegraaf-artikel ‘Hema moet weer oog hebben voor prijs, kwaliteit en design’, is dus misschien niet onderscheidend genoeg om duurzaam concurrentieel voordeel te bereiken.

Het is interessant om vanuit deze insteek naar retailers te kijken. Zo liet het Belgische e5-mode recent weten dat het de rol van de webshop in zijn strategie gaat reduceren, de winkelbelevenis op een hoger niveau zal zetten dan de concurrentie en innoveert met de inzet van personal coaches in de winkels. De fashion retailer JBC innoveert dan weer via het investeren in complementaire start-ups (zoals in Washcot, dat katoenen luiers wast en verhuurt). Alle lof voor zij die keuzes durven maken en het pad van innovatie kiezen. Helaas blijven veel retailers bij de bekendmaking van hun nieuwe strategie steken in holle woorden als kwaliteit, belevenis, diversificatie of prijs. Echter, daarmee fietsen ze hooguit het verschil met de concurrentie dicht.

Kan een retailer onderscheidend zijn zonder innovatie? Jazeker. Maar op één voorwaarde: dat de succesformule – de USP – duurzaam wordt doorgezet in de strategie en de tand des tijds kan doorstaan. De budgetketen Action groeit als kool, omdat het al 25 jaar dagelijks spullen tegen erg lage prijzen aanbiedt. Andere ‘value retailers’ of budgetketens als Jumbo, Colruyt of Primark doen het ook zeer goed. Dat voedt de veronderstelling dat een lageprijzenstrategie voldoende voedingsbodem biedt voor duurzaam concurrentievoordeel. Dat kan dus, maar alleen op voorwaarde dat ze ingebed zit in de organisatie. Colruyt, Jumbo of Action houden de prijzen laag dankzij sobere winkels, inkoopkracht, schaalvoordeel, standaardisatie, minder reclame en een rigide kostenbeleid.

Op basis van de gemaakte strategische keuzes kan een retailer vervolgens een innoverend businessmodel schrijven dat afstand neemt van de concurrentie. Met dat businessmodel als basis, leg je kiem voor een onderscheidende marketing- en communicatiestrategie. Die vervolgens zal leiden tot meer bezoekers, meer klanten, meer omzet en groei.

* Peter Desmyttere verzorgt binnenkort een nieuwe Masterclass: Het Retailmarketingplan in de praktijk. Meer weten? Lees hier. – Deze blogpost verscheen eerder bij Marketingfacts

(Recensie) Appie Tomorrow

Auteur: Rupert Parker Brady
Uitgever: Het Boekenschap
ISBN:  9789492723123

Eerste druk: 2018

Kernwoorden: retail, ondernemen, shopping, FMCG

Boekrecensie door Eric van Arendonk*, Register Marketeer – mei 2018

Het 130 jarig bestaan van Albert Heijn in 2017 is de aanleiding geweest om stil te staan bij de toekomst. Met Appie Tomorrow presenteert Albert Heijn een inspiratiebron voor 2025, zo stelt de huidige CEO van  Wouter Kolk. Vertegenwoordigingen van alle stakeholders hebben bijgedragen aan deze inspiratiesessie. Denk daarbij aan medewerkers, klanten, experts op vele gebieden, leveranciers, producenten en ook de Raad van Kinderen. Men heeft hierbij gekozen om een mening te vormen over de zes gebieden; “Verbinding met klanten”, “Duurzame samenleving”, “Technologie en data”, “Werk van de toekomst”, “Voeding van de toekomst” en “Winkelen in de toekomst”.

Ieder onderwerp wordt uitvoerig belicht vanuit diverse standpunten, natuurlijk vanuit een expert op het gebied en vanuit retail perspectief. Tenslotte sluit een verantwoordelijke van Albert Heijn het desbetreffende hoofdstuk af met haar/ zijn beschouwing. Naast dat de onderwerpen niet als standaard te bestempelen zijn, zijn ze zeker relevant voor de toekomst van de supermarkt. Het geeft een goed idee van wat ons te wachten staat. Een mooie toekomstverkenning van de door henzelf  beschreven foodretail. Ondanks dat men de stip op 2025 gezet heeft stellen ze dit jaartal ook gelijk ter discussie. De geschiedenis heeft geleerd dat het benoemen van een dergelijk toekomstig tijdstip zelden overeenkomt met de werkelijkheid. De voorspelling zit meestal wel in de goede richting, wat op zich belangrijker is dan het jaartal. Juist omdat  Albert Heijn weet dat ze de wijsheid niet in pacht hebben, blijven ze de ontwikkelingen nauwgezet volgen. Door blijvend verbinding zoeken met hun stakeholders. Flexibiliteit ziet men als een belangrijke competentie om de ontwikkelingen te vertalen naar de organisatie.

Het boek leest vlot weg en is boeiend gestructureerd opgezet. Auteur Rupert Parker Brady heeft de input van een variëteit aan meningen van anderen tot een goed leesbaar geheel samengesteld.

Als marketeer vind ik een dergelijk document een sterk staaltje van marketing. Door zo objectief mogelijk de ontwikkelingen die invloed kunnen hebben op je businessmodel te beschouwen en daarna pas je koers/strategie te bepalen. Ik heb net ook het boek van Blokker gelezen, een organisatie van ongeveer gelijke leeftijd. Daarin lees je wat de gevolgen zijn van het niet bewust zijn van de externe ontwikkelingen. Het boek Appie Tomorrow is sowieso een “must read” voor degene die zich bezig houden met retail en horeca want die twee branches kruipen steeds meer naar elkaar toe.

* Eric van Arendonk is adviseur voor marketing, strategie en managementvraagstukken bij Florpartners BV. Hij is tevens mede-auteur van ‘Neuromarketing’ en docent Marketing bij SRM.

 

(Boekrecensie) Blokker – Hoe het imperium de familie ontglipt


Auteurs: Teri van der Heijden en Barbara Rijlaarsdam
Uitgever: Ambo/Anthos Uitgevers

EAN: 9789026341205

Eerste druk: 2018

Kernwoorden: retail, ondernemen, ondernemers, ondernemerschap,

familiebedrijf, familiebedrijven, biografie, ondernemingsbiografie.

Recensie door Eric van Arendonk, Register Marketeer – mei 2018*

Zelden kwam er nieuws uit het gesloten bolwerk van Blokker. Hoe het bij Blokker reilde en zeilde was altijd maar gissen. Nu ligt er een knap staaltje van onderzoeksjournalistiek op tafel. Hoe is het dit concern eigenlijk vergaan? De opbloei tot bijna 3.000 retailvestigingen in diverse landen. Een familiebedrijf pur sang. Strak geleid door een man die eigenlijk niet van wijken weet, te weinig naar voren keek. Ook met betrekking tot zijn eigen opvolging. En dus ging h

De auteurs geven de geschiedenis op een boeiende wijze weer. De karakters van de sleutelfiguren worden dusdanig neergezet dat je hun besluiten van te voren kunt voorspellen. Dit versnelt het leestempo omdat het de spanning vergroot ondanks dat je de plot al weet. Deze is inmiddels bekend.

Blokker is een echt voorbeeld van een organisatie die wars is van alles wat met marketing te maken heeft. Toch zijn het wel goede ondernemers. Die slim acteren om de kansen in de markt te grijpen en uit te nutten. Het gebrek aan marketing maakt dat ze veranderingen in de markt naar hun eigen hand vertalen en alle signalen die het tegendeel aantonen in de wind slaan. Je leest duidelijk dat er gevaren is op de koers van gisteren. Dat ze niet in staat zijn om op te merken dat de wind gedraaid is en dat de huidige koers niet meer dezelfde resultaten zal opleveren. Zodra de signalen omslaan in verlies is het eigenlijk al te laat en is het achterstallig onderhoud te groot.

De auteurs laten prachtig zien dat een koerswijziging meer is dan de richting wijzen. De cultuur van een organisatie verander je niet even zomaar. Zeker niet indien er meerdere kapiteins op het schip rondlopen.

Dit boek is een aanrader voor ondernemers die eigenlijk vinden dat ze marketing niet nodig hebben omdat ze wat ze tot nu toe bereikten ook zonder marketing hebben bereikt. De verstandige lezer haalt uit dit boek het verschil tussen de ondernemer en de marketeer. Je hebt beide nodig om blijvend succesvol te zijn/blijven.

* Eric van Arendonk is adviseur voor marketing, strategie en managementvraagstukken bij Florpartners BV. Hij is tevens mede-auteur van ‘Neuromarketing’ en docent Marketing bij SRM.

 

 

 

https://www.managementboek.nl/boek/9789462200050/neuromarketing-eric-van-arendonk

Geur van versgebakken brood verleidt mensen niet tot aankoop

Het is hèt voorbeeld als het gaat om geurmarketing: de geur van versgebakken brood. Het zou mensen stimuleren tot aankoop. Uit onderzoek van Monique Vingerhoeds van Wageningen Food & Biobased Research blijkt echter wat anders, tot verrassing van de onderzoekers. ‘We hadden deze uitkomst niet verwacht’, aldus Vingerhoeds. Zij voerde de studie, gepubliceerd in Food Quality and Preference, samen met collega’s van Humane Voeding uit.

Op hersenscans van de proefpersonen in de MRI-scanner was wel een effect te zien van broodgeur: het centrum voor beloning in de hersenen werd geactiveerd. Maar als de proefpersonen moesten kiezen tussen gestandaardiseerde plaatjes met wit brood, bruin brood en koekjes, had blootstelling aan broodgeur een wisselend effect. Zo bleek de geur van brood juist de keuze voor koekjes te bevorderen, terwijl de geur van warm hout vaker tot een voorkeur voor bruin brood leidde.

Lees verder op Resource

 

 

Nine key themes retail marketers need to know about in 2018

Businesses that want to succeed in personalisation will also need to succeed in retaining – and effectively using – data.

However, with GDPR coming into force next May, the topic of acquiring, storing, processing and using customer data will dominate in the first half of the year. This opens opportunities for more agile retailers to approach the data problem in new and innovative ways.

Products like Criteo, an open environment powered by machine-learning technology that’s optimised for the huge amounts of shopping data that ecommerce businesses have access to, are enabling smaller businesses to share anonymous data amongst themselves to build up a more complete picture of their customers and react to their needs, helping in their differentiation – and ability to take on the giants of retail.

Lees dit artikel bij Campaign

Winnaar VEDIS Retail Scriptieprijs 2017 Myrthe Montijn (TU Delft)

Academische vernieuwing, relevantie en de kwaliteit van de toepassing van ‘design thinking’ goed voor de VEDIS Retail Scriptieprijs.

Myrthe Montijn is de winnaar van de VEDIS Retail Scriptieprijs 2017. De student TUDelft kreeg de waardering voor haar scriptie ‘Data-driven design for emotional engagement, designing a digital interaction for Nike Store’. Myrthe ontving de prijs met het daar aan verbonden bedrag van drieduizend euro tijdens Retailpoort 2017 in Den Haag.

Een vakjury (waaronder Ruud Verschuur RM managing director van Next Level Retail & Trade Strategy) selecteerde Myrthe Montijn als winnaar van de VEDIS Retail Scriptieprijs 2017. Doorslaggevend was de combinatie van academische vernieuwing, relevantie en de kwaliteit van de toepassing van design thinking. De jury oordeelde dat de door Myrthe ontwikkelde benadering, een waardevolle bijdrage kan leveren aan de dagelijkse retailpraktijk. Myrthe heeft met veel succes een zeer relevant probleem geadresseerd en door een combinatie van onderzoek en ontwikkeling een bijdrage geleverd aan innovatie in de Nederlandse retail.

Lees verder bij Vedis