Ouderen bestellen liever direct bij restaurant, jongeren via platform

De coronapandemie is een grote driver geweest voor eten bestellen bij lokale restaurants.

46 procent van de Nederlanders bestelt een maaltijd liever direct bij een restaurant dan via een platform. Die voorkeur geldt vooral voor respondenten in de leeftijd 45-54 jaar. Jongeren tussen 18-24 jaar lijken deze voorkeur niet te hebben. Dat blijkt althans uit een recente enquête die in opdracht van ABN Amro onder 1.016 consumenten werd gehouden.

Een groeiend aantal mensen plaatsten tijdens de coronapandemie maaltijdbestellingen bij de lokale horeca. Ook mede door initiatieven als Support-Your-Locals en Koop Lokaal, konden restaurants ondanks de sluiting toch nog wat omzet genereren. Een deel van deze restaurants sloot zich aan bij een platform; een ander deel organiseerde het afhalen en bezorgen zelf via de eigen website en/of sociale media.

Schaalgrootte

ABN Amro meldt op basis van cijfers van FSIN (FoodService Instituut Nederland), dat maaltijdbezorging buiten platforms (dus níet via Thuisbezorgd en vergelijkbare delivery-brands), in 2020 met bijna een kwart miljard groeide, van 475 miljoen naar 778,8 miljoen. Desondanks zegt ABN Amro niet te verwachten dat maaltijdbezorging buiten platforms om, in de komende jaren minder hard zal groeien dan tijdens de coronapandemie.

De bank: ‘Dit heeft vooral te maken met schaalgrootte en IT-kennis die nodig is om de logistiek achter de bezorging kostenefficiënt te regelen. Actieve promotie en samenwerking tussen restaurants zal nodig zijn om de concurrentie van platforms het hoofd te bieden.’

Dit artikel verscheen eerder op

‘Veel belangstelling voor Sierteelt Marketing Event – NIMA FAM’


In de gehele sierteelt sector zijn zeker 2.500 marketeers actief. Je komt ze tegen bij onder andere veredelingsbedrijven, opkweekbedrijven, kwekers en natuurlijk de handelsbedrijven. En allemaal hebben ze hetzelfde doel, namelijk mensen meer bloemen en planten laten kopen. Dan is het belangrijk, weet het NIMA, dat je allemaal met eenzelfde visie werkt om meer bloemen en planten ‘op tafel’ te krijgen. Dat was ook het doel van Caroline Nederpelt, Ronald van Schie en Cock van Bommel, die namens NIMA FAM het eerste Sierteelt Marketing Event organiseerden.



175 miljard

Ruim 50 marketeers waren op woensdag 17 oktober jl. naar Berkel & Rodenrijs gekomen om te horen dat er echt nog heel veel marktkansen zijn. Als ieder huishouden in Europa één keer per 14 dagen een bos bloemen koopt en maandelijks een plant dan komen we uit op een omzet van ca. 175 miljard euro.

Twee sprekers waren gevraagd om een beeld te geven hoe de sector zich gaat ontwikkelen. De sectorspecialist van Rabobank, Arne Bak, deed dit naar aanleiding van de sectorstudie die Rabobank in 2017 heeft opgesteld. Daarin wordt beschreven welke belangrijke ontwikkelingen men voor de komende tien jaar ziet. Dit zijn met name nieuwe markten zoals het Verre Oosten, een toenemende vraag naar groene planten en de nieuwe distributiekanalen zoals retail en internet.

De marketeers van Royal FloraHolland, Erik van der Meijs en Simone Dussine-Leijten vinden dat je groei vooral elders moet zoeken. Dit kan inhoud krijgen met de volgende thema’s: gemak, beleving en duurzaamheid.

Hierna kwamen drie sprekers die de sierteelt-marketeers uitdaagden. Olivier Wegloop, co-founder en CMO van Kipster zette de aanwezigen aan het denken met de volgende uitspraak: “Iedereen die wist dat het niet kon, totdat er iemand kwam die dat niet wist”. Met deze filosofie is het Limburgse kippenbedrijf als nieuwkomer de markt binnengekomen en heeft een eigen positie weten te verwerven.

Bart Huijbregts, managing director van Dataresultz, gaf aan dat we data veel vaker moeten gebruiken. Daarbij beschreef hij het pad: ‘Wat is er gebeurd, waarom gebeurde dat, wat gaat er gebeuren en hoe kunnen we het laten gebeuren?’ Nu gebruiken we data om achteraf zaken vast te stellen, dat moet in de toekomst worden om zaken te initiëren.

De laatste spreker was Maarten Lens-Fitzgerald die aangaf dat de volgende revolutie ‘voice’ heet. Door onze stem gaan we steeds meer opdrachten geven. En daar horen zeker ook het bestellen van bloemen en planten bij. Belangrijk is het om ervoor te zorgen dat de stemcomputers straks weten dat als iemand bloemen of planten inspreekt, het product van jouw bedrijf wordt aanbevolen.

Een tweede Sierteelt Marketing Event is in de maak. Nader bericht volgt.

Deze tekst van de NIMA Foodchain en Agrimarketing Community – Caroline Nederpelt, Cock van Bommel RM en Ronald van Schie SMP – verscheen eerder op BP Nieuws

(Interview Stef Beerens) ‘Merkloze bulk in Food & Agri? Dat zie je echt verkeerd.’

Voor wie er nooit écht goed naar gekeken heeft, is onze nationale Food en Agri-industrie een sleeping beauty. In Nederland is landbouw en veeteelt niet alleen bovengemiddeld productief en economisch profijtelijk, er is ook voortdurend vraag naar en inzet van innovatie. De NIMA Community Food & Agri – bestaand uit een groep gedreven marketeers uit de kleurrijke wereld van trends en tuinders, boeren en buitenlui – heeft plannen om in de komende maanden en jaren weer stevig van zich te doen spreken. Er mag daarbij ook flink gediscussieerd worden, om samen verder te komen. En met de ongekende media-aandacht voor voeding, voedselveiligheid, eten en de herkomst van producten is daar momenteel misschien ook wel ook alle reden toe. Stef Beerens van Green Communicatie is bestuurslid van NIMA FAM én al jaren fervent pleitbezorger van marketing in de agribusiness: ‘Boeren en tuinders zijn vooral bezig met boer en tuinder zijn. Tegelijkertijd is een steeds grotere groep wel degelijk bezig is met marketing en zeker ook bij de marketingdiscussies betrokken.’


Door: Luuk Ros*


Je hebt een achtergrond in Food & Agri, vooral Agri. Wat fascineert jou zo in die industrie? Wat pleziert je?

Als boerenzoon voel ik me thuis in de wereld van Agri. Dat gevoel gaat nooit weg. Wat mij vooral fascineert is de innovatiekracht van de sector. De moderne agri- en foodbusiness staat bijvoorbeeld bol van de high tech-oplossingen. Ik vind dat prachtig.

Als merkenbouwer, toch een belangrijke specialisatie van je, lijkt het me nog best lastig werken in een branche die zo is vergeven van – sorry – merkloze bulk. Of zien we dat verkeerd?
Dat zie je inderdaad verkeerd. Het merkdenken en merkgericht ondernemen heeft wel degelijk wortel geschoten in deze sectoren. Er ontstaan aan de lopende band nieuwe concepten die met goede branding en marketing neergezet worden. Maar we moeten niet vergeten dat we voorlopig nog niet echt zonder bulk kunnen. Dat is en blijft nog wel even de grootste markt. Bepaald door de consument die weliswaar stapjes zet richting bewust, bio, duurzaam en wat-heb-je-allemaal, maar het overgrote deel blijft toch nog steeds gaan voor convenience en prijs.

Een mooi voorbeeld is een zeer gedreven vollegronds-aardbeienteler bij ons in het dorp. Hij teelt bijzonder smaakvolle aardbeien en heeft veel aandacht voor duurzaamheid. Hij heeft een eigen winkel, probeert afspraken te maken met regionale retailers. Maar dat is best moeilijk. Hij moet uiteindelijk de meeste van zijn aardbeien naar de veiling brengen waar hij ook nog eens minder voor zijn aardbeien krijgt dan de tuinder die aardbeien in kassen teelt. Want die zijn uniformer, zijn volledig vlekkeloos en het hele jaar door leverbaar. Probeer daar maar eens tegenop te werken met heerlijke vollegronds geteelde aardbeien.

Jullie zijn de oudste NIMA-community met echt een heritage van decennia food & marketing. Wat is nú de meest dringende of dwingende trend in jullie marketing-segment, jullie specialisatie?
Ik denk dat onze wereld de meeste algemene trends wel aardig volgt. Wat ik vooral als kenmerkende ontwikkelingen zie, is de versterking van de ketens, waarbij van bovenuit de keten sterker wordt bepaald wat er in de rest van de keten moet gebeuren en hoe dat gebeurt. Waar boeren vroeger zelf hun rassenkeuze maakten voor bijvoorbeeld de teelt van groente, kiest de boer van nu voor een ketenconcept waarin al bepaald is welke rassen mogen worden gebruikt. Dat heeft direct invloed op marketing in de keten. Veredelaars richten zich om die reden meer op de bovenkant van de keten dan op het begin.

Er is momenteel ongekend veel aandacht voor voeding, voedselveiligheid, eten, de herkomst van producten. Hoe komt het dat de food- en agrisectoren zélf relatief weinig bij de marketingdiscussie worden betrokken?
Boeren en tuinders zijn vooral bezig met boer en tuinder zijn. Dat is een generatiesdiep verankerde manier van leven die vaak kost wat kost overeind moet blijven. Een klant van ons bureau uit Amerika deed onderzoek naar de reden waarom boeren boer willen zijn. Zijn conclusie: It’s all about the legacy. En als dat je grootste drijfveer is, dan ben je automatisch minder bezig met marketing. Dat is dan toch een heel andere wereld. Daarbij moeten we niet vergeten dat er tegelijkertijd ook een steeds grotere groep wel degelijk bezig is met marketing en zeker ook bij de marketingdiscussies betrokken is. Maar dat is relatief gezien nog steeds een vrij kleine groep.

Zie jij een missie voor jullie community om daaraan iets te veranderen? Iets bij te dragen?
We hebben daar in het bestuur inderdaad al een keer nadrukkelijk over gesproken. We zien een rol weggelegd voor NIMA FAM om juist die ondernemers te begeleiden of in ieder geval op weg te helpen, wanneer ze die stap willen maken van traditioneel boer en tuinder zijn naar een meer marktgerichte onderneming. We denken eraan om hier iets mee te gaan doen.

Food- en agribedrijven blijven veelal als B2B-leverancier in gesprek met hun ‘klanten’: de resellers, zoals supermarkten. Leven die Agri-ondernemers ei-gen-lijk een beetje met hun rug naar de markt?
Dat ligt er helemaal aan welke keuzes je maakt. Voor een belangrijk deel van de agribusiness zit er nog steeds een behoorlijk goed verdienmodel aan de reguliere afzetkanalen. Die zien niet direct de noodzaak om zich om te draaien. Vervolgens heeft iedereen de keuze: ga ik voor optimalisatie van mijn huidige afzetstructuur of kies ik een andere route. Ik ken een varkensfokkerij-organisatie die niet met zijn rug naar de markt is blijven staan. Zij kiezen voor een markgericht concept, maar gaan niet zelf een nieuw merk lanceren. Dat laten ze nadrukkelijk over aan de retail vanuit een gezond besef dat je moet doen waar je goed in bent en de juiste partners moet zoeken voor zaken waar je minder verstand van hebt.

Een prachtige en positieve bijkomstigheid van Food & Agri is natuurlijk dat je in misschien wel het meest innovatieve, progressieve land ter wereld woont op het terrein van land- en tuinbouw. Waar mogen we als Nederland best iets meer trots op zijn?
Nou, dat is dus precies waar ik in het begin van dit verhaal zelf mee kwam. Die innovativiekracht is enorm. Maar de trots zou moeten gaan naar de mensen die dit allemaal doen en waarmaken. We mogen trotser zijn op alle ondernemers die zich dag in dag uit inzetten om binnen de mogelijkheden die de samenleving biedt, te zorgen voor voldoende veilig en kwalitatief hoogwaardig voedsel – én bloemen en planten. Ik zeg vaak dat voedselproductie van ons allemaal is. De manier waarop het gebeurt is niets meer of minder dan een directe afgeleide van wat wij als samenleving accepteren en willen. En als er verschuivingen in dat model optreden, dan wordt dat relatief snel door de sector opgepakt. Dat mag beter gewaardeerd worden.

Je bent nu al bijna 7 jaar bij deze community betrokken. Inmiddels komen er marketingtafels, jullie publiceren artikelen. Vanwaar die recente versnelling? Willen jullie groot worden?
Niet persé groot, wel betekenisvol of betekenisvoller. Persoonlijk had ik de laatste jaren steeds meer moeite met de reguliere aanpak van een bijeenkomst met een spreker, wel of niet op een bijzonder locatie. De sprekers komen met alle respect vaak niet veel verder dan een presentatie van hun bedrijf, er is meestal geen échte discussie en daarna gaan we met een niet al te voldaan gevoel weer naar huis. Hierdoor liepen de bezoekersaantallen van dit soort bijeenkomsten steeds verder terug. Zelf heb ik jaren geleden al eens gedacht aan een soort van brand exchange-model waarbij bedrijven van elkaar onder begeleiding van een specialist een specifiek onderwerp intensief uitwisselen. Het is er echter nooit van gekomen om dat vanuit mijn eigen bureau op te zetten. En nu is die visie werkelijkheid geworden in de vorm van de NIMA FAM Marketingtafels. We beseffen dat we veel vragen van de deelnemers, maar die krijgen er dan ook wel enorm veel voor terug. Hoe mooi zou het zijn om regelmatig aan een marketingtafel ervaringen en inzichten te delen met niet concurrerende bedrijven die dezelfde doelgroep hebben? Hoe ga jij met social media om? Wat zijn jullie ervaringen met marketing in Duitsland? Hoe ver komen jullie met Internal Branding, hoe krijg je alle neuzen dezelfde kant op? De droom van NIMA FAM is om met de marketingtafels een unieke serie kleinschalige bijeenkomsten op te zetten, verspreid door het hele land waar food- en agribedrijven voor in de rij staan om aan deel te nemen. Ik denk dat dit haalbaar is.

Meer weten over de NIMA Community Food & Agri? Klik hier
Deelnemen aan één van de Food & Agri marketingtafels? Klik hier


* Luuk Ros is manager Content & Business bij NIMA

NIMA community Food & Agrimarketing start met ‘De Marketingtafel’

De NIMA community Food & Agrimarketing is gestart met een nieuw concept om zijn relevantie voor het vak te bestendigen en vergroten: de marketingtafel. Doel en ambitie is om in kleine groepen kennis en ervaringen uit te wisselen over één specifiek onderwerp of thema onder begeleiding van een gespreksleider die specialist is op dit gebied. Na afloop gaan de deelnemers naar huis met nieuwe inzichten en kennis en hebben ze vooral hun eigen aanpak en visie kunnen vergelijken met de wijze waarop anderen dit aanpakken.


Wat is de marketingtafel?

De Marketingtafel is een kleinschalige bijeenkomst voor 6 deelnemers van niet concurrerende bedrijven om kennis en ervaringen uit te wisselen over 1 specifiek onderwerp of thema, onder begeleiding van een gespreksleider die specialist is op dit gebied. De Nima Food & Agrimarketing-Marketingtafel is een unieke kans om van elkaar te leren en elkaar te inspireren.

Eerste onderwerp: Internal Branding

Tijdens deze eerste reeks wordt het veelbesproken onderwerp “Internal Branding” behandeld. Traditioneel ligt bij marketing de focus op het verspreiden van de belofte, op external branding. De praktijk leert echter dat bedrijven die meer focus leggen op het waarmaken van de belofte, internal branding dus, succesvoller zijn. Internal branding gaat over het consistent en consequent uitdragen van de merkpositionering in de interne organisatie door het merk te gebruiken als kompas.

Om De Marketingtafel voor iedereen zo toegankelijk mogelijk te maken organiseren we per onderwerp 4 Marketingtafels verspreid over het land:

Datum

Locatie-Plaats

Donderdag 9 november De Vergaderij-Den Dungen
Dinsdag 14 november ErfGoed-Moerkapelle
Donderdag 22 november WUR-Wageningen
Donderdag 30 november AgriFood Cluster-Emmeloord

Na afloop worden de meest interessante inzichten en best practices verzameld en komt er een grote gezamenlijke sessie waarin deze worden besproken. Nadere informatie daarover volgt later op de website.

Programma

16.00 uur  | Ontvangst
16.15 uur  | Voorstelrondje en introductie door voorzitter, Stef Beerens
16.30 uur  | Inleiding op het thema door de gespreksleider, Stef Beerens
16.45 uur  | Start van de eerste 4 presentaties: Ca. 15 minuten per deelnemer
18.00 uur  | Soep met broodjes
18.30 uur  | Start laatste 2 presentaties
19.00 uur  | Discussie naar aanleiding van de presentaties
20.00 uur  | Einde officieel gedeelte en start borrel
20.30 uur  | Einde Marketingtafel

Voor wie?

Deze Marketingtafel is bedoeld voor marketingmanagers, brandmanagers, productmanagers, communicatiemanagers, marketingmedewerkers en salesmanagers die voldoende ervaring hebben met het onderwerp.

NIMA Food & Agrimarketing

NIMA FAM is hét expertiseplatform waar je nieuwe inzichten kunt opdoen op het gebied van marketing van de food- en agribusiness. Ons doel is om het marketingvak binnen de food-en agri-business naar een hoger plan te trekken. Dit bereiken we door de laatste ontwikkelingen op het marketinggebied of ‘hot topics’ bespreekbaar en toegankelijk te maken voor vakgenoten. Daarbij proberen we de praktische toepasbaarheid hoog te houden.

Belangstellenden kunnen voor meer informatie contact opnemen met Stef Beerens van Food & Agri: stef@greencommunicatie.nl  of met N.ElOuahabi@nima.nl

Stef Beerens, NIMA Food & Agri: ‘Hoe zou een ander bedrijf dit aanpakken?’

Global Communications Network (GCN) is een netwerk van 8 Europese en 1 Amerikaans bureau, allemaal voornamelijk actief op het gebied van Agri en Food. Ik ben vanuit Nederland lid van deze club. Ieder jaar komen we bij elkaar om ervaringen uit te wisselen. Dat doen we al 18 jaar en ieder jaar kijk ik er weer naar uit. Er zijn altijd weer nieuwe onderwerpen waarbij ik heel benieuwd ben om te weten hoe anderen dat aanpakken. En om mijn eigen ervaringen met anderen te delen. Ieder jaar kom ik weer thuis met nieuwe inzichten die ik direct in de praktijk kan toepassen.

Door: Stef Beerens*

Diezelfde ervaring willen wij bedrijven in de Agri en Food sector in Nederland bieden via de NIMA Fam marketingtafels. Een nieuw concept waarbij we 6 bedrijven de mogelijkheid bieden om ervaringen en inzichten op een bepaald gebied met elkaar te delen. De eerste marketingtafel heeft dit voorjaar plaatsgevonden en de deelnemers waren unaniem erg enthousiast over dit nieuwe concept.

Hoe mooi zou het zijn om bijvoorbeeld als voerleverancier van een fokkerijorganisatie te weten hoe zij met branding, marketing en communicatie omgaan? Je stapt niet zomaar even bij een bedrijf binnen om daar achter te komen. En daarom hebben we vanuit het NIMA de marketingtafels opgezet. Maximaal 6 deelnemers van niet concurrerende bedrijven in de Agri en Food business wisselen actief hun ervaringen, kennis en inzichten met elkaar uit. Per marketingtafel staat 1 onderwerp centraal. In november staat een serie van 4 marketingtafels verspreidt door het land gepland met als onderwerp Internal Branding. Ik zie er zelf heel erg naar uit. Ben heel benieuwd om te zien hoe bedrijven dit aanpakken, waar ze tegenaan lopen en welke successen of tegenvallers ze hebben ervaren.

 

*Stef Beerens is bestuurslid NIMA Food & Agrimarketing en eigenaar van GREEN communicatie

#NIMAMD Interview Teun van de Keuken: ‘Misschien hebben marketeers een masochistische inslag?’

‘Als mensen denken dat ik veel positiefs over hun werk te vertellen heb, dan vrees ik dat ik ze moet teleurstellen.’

Teun van de Keuken is één van de topsprekers op de aanstaande NIMA Marketing Day. ‘Het bal hoort te worden geopend door een held, nar of excentrieke professor. Teun is dat een beetje alle drie,’ vond Martin Huisman, voorzitter van NIMA naar aanleiding van zijn komst. Op 20 juni a.s. organiseert de beroepsvereniging voor professionals in marketing, communicatie en sales de NIMA Marketing Day. Enfant terrible in de marketing scène, Teun van de Keuken, opent deze dag die maar liefst 52 andere sprekers biedt.

Van de Keuken is de bedenker, oprichter en naamgever van Tony’s Chocolonely, journalist en programmamaker van onder meer De Keuringsdienst van Waarde, De Slag om Nederland en De Monitor. Bovendien is hij schrijver van boeken en Volkskrant-columnist, maar bovenal de meest kritische marketingwatcher van Nederland. Want wie wind zaait, zal Teun oogsten.

door: Luuk Ros SCP

Op de aankondiging dat je zou spreken op een dag die geheel in het teken staat van ‘een loopbaan en leven in marketing’ werd heel positief gereageerd in de beroepsorganisatie. Verbaast je dat?
Ja, dat verbaast mij zeer. Ik heb vaak veel kritiek op marketing. Dat is toch voornamelijk een ‘hollefrasenindustrie.’ Als mensen denken dat ik veel positiefs over hun werk te vertellen heb, dan vrees ik dat ik ze moet teleurstellen. Maar misschien hebben marketeers een masochistische inslag?

We kennen je van verschillende programma’s en publicaties waarin je je soms héél kritisch uitlaat over marketeers. Hebben marketeers een weeffout of ben jij vooral kritisch over rotte appels?
Uiteraard heb ik vooral verstand van marketing in de voedingsindustrie. Daar is het een manier om zo goedkoop mogelijke rommel met dure woorden en mooie verpakkingen zo duur mogelijk aan zoveel mogelijk mensen te verkopen. De scheidslijn tussen liegen en marketing is dan maar heel klein. Van de dingen mooier maken, niet uit esthetische overwegingen, maar om ze te vermarkten, te verkopen.  Ik ben er nog niet van overtuigd dat dit om weeffouten gaat, eerder dat we hier te maken hebben met een zieke industrie.

Waar komt die fascinatie voor misleiders onder de verleiders toch vandaan? Wat triggert jou zo?
Vaak is het verbazing, soms is het ergernis, meestal is het geamuseerdheid. Hoe kun je  goedkope en vieze saus met 0.1 % truffel, een paar procent champignons  en een hoop smaakmakers en vulmiddel met een gelikt filmpje, een kekke verpakking en woorden als ‘ambachtelijk’ en ’tradizionale’ verkopen alsof het om goede waar gaat? Ik houd van demythologiseren. De waarheid achter het verhaaltje. Dat is leuk omdat aan de mensen te laten zien. De kracht van reclame en marketing is zo sterk, dat mensen zich zonder het zelf door te hebben laten verleiden bepaalde beslissingen te nemen. Dat ontneemt ons dus iets van onze autonomie. Ik wil die autonomie weer aan mensen terug geven. Door ze te laten zien dat de keizer geen kleren aanheeft. Mijn streven is dat mensen op een gegeven moment niet meer naar die verhaaltjes luisteren, maar zelf proeven, oordelen en nadenken. Als ze dan nóg de kant-en-klare sausen van Knorr en Honig willen, dan is dat prima. Dan was het in ieder geval een weloverwogen keuze.

Neuromarketing, opslag van persoonsgegevens, kindermarketing; de wetgever loopt steeds net een stapje áchter nieuwe mogelijkheden voor marketeers aan. Reden waarom vanuit beroepsorganisaties wordt gehamerd op ethische codes en gedragsregels ‘voor de beroepsgroep’. Geloof jij daarin?
Zeker. Maar die codes moeten niet vrijblijvend door vakbroeders- en zusters worden afgesproken, die moeten wettelijk worden vastgelegd. Kids-marketing moet verboden worden, maar daar zijn we al een heel eind mee. En er mag nog wel iets meer gebeuren. We leven in een obesogene samenleving. Als ik over het station loop, over de winkelstraat en bij de benzinepomp, wordt mij voortdurend eten aangeboden. Overal zijn aanbiedingen van ongezonde dikmakers. “Wilt u nog een koek bij de koffie”, Marsen, posters met  lachende meisjes met ijsjes; je moet sterk in je schoenen staan om al die verleidingen te weerstaan. En dan gek opkijken dat we allemaal dikker worden. En wat doet de dikmaakindustrie: sportevenementen sponsoren! Want als we maar genoeg hollen en draven- je moet behoorlijk wat sporten om een kilo eraf te krijgen – kunnen zij ons blijven volstoppen met smerige ongezonde rommel. Over een paar jaar is reclame voor ongezond voedsel net als sigarettenreclame nu, verboden.

Je bent zelf schrijver, programmamaker, auteur van boeken, je hád ooit per ongeluk een hele chocoladefabriek. Hoe betrokken ben jij bij de marketing van je eigen producten?
Ik geef interviews waarin ik mijn beweegredenen uiteenzet. Vaak zeg ik dan dingen waarvan marketeers en pr-mensen, ook een enigszins dubieuze beroepsgroep, vinden dat ik ze niet moet zeggen. Dat ik positiever moet zijn. De reep was een journalistiek verhaal dat, zo je wilt, marketing was voor een probleem: kindslavernij in de chocolade-industrie. Dat wilde ik onder de aandacht brengen. Toen de reep van een journalistieke reep een commerciële reep werd en de marketing erom ging dat ding te verkopen, was ik snel weg. Ik ben niet geïnteresseerd in commercieel succes.

Open doekje, maar we willen het toch graag weten: Zijn er voorbeelden van marketing die je echt leuk of briljant vindt, waar je eigenlijk van kunt genieten?
De verkiezingscampagne van Obama vond ik goede marketing waar ik wel ontroerd van raakte. Zo’n man die ‘change’ zegt en ‘ Yes, we can’ en dat niemand wist wat die verandering inhield en wat we dan precies konden, maar dat iedereen wel dacht: Zo ís het ook! Los van mijn waardering voor die president, zeker als je het afzet tegen die misselijke kerel die nu in het Witte Huis zit, was het uiteindelijk toch allemaal marketing. En dat is, moet ook u toegeven, toch een beetje jammer.

Teun is één van de topsprekers op de NIMA Marketing Day. Registreer je nu!  Kosteloos voor NIMA Members (ook Business Members) of word NIMA Member en profiteer eenmalig van het voordeligste registratietarief! (149 euro)